‘Remi?’ vroeg ik beschuldigend. Hij keek me vragend aan. ‘Wat heb je met Liz gedaan?’ flapte ik eruit, ik was erg benieuwd naar zijn reactie. Ik zag dat Remi een knalrood hoofd kreeg. Ik keek hem onderzoekend aan. ‘Niks, hoe kom je daar nou bij?’ vroeg hij verbaasd. Hij loog, ik kende hem lang genoeg om te weten dat hij loog. ‘Je liegt,’ stelde ik vast. ‘Niet,’ antwoordde hij kwaad. ‘Wel,’ katte ik hem terug. ‘Weet je, ik dacht dat jij anders was dan alle andere jongens, maar blijkbaar had ik het mis,’ stelde ik vast. Ik stond op, maar Remi greep me vast. ‘Wat ga je doen?’ vroeg hij op een enge toon. ‘Even denken, naar huis,’ schreeuwde ik hem toe. Ik schok van mijn toon, ik klonk erg boos. ‘Jij blijft nog even hier,’ hij trok me aan mijn arm en hij plaatste me op de bank. Verward bleef ik zitten. ‘Remi, wat heb je met Liz gedaan?’ vroeg ik nogmaals. ‘Dat gaat je niks aan,’ antwoordde hij. ‘Dat gaat me wel aan, ik ben haar beste vriendin,’ zei ik kwaad. ‘Correctie, je was haar beste vriendin,’ zei hij grinnikend. Ik walgde van hem. ‘Waarom heb je het gedaan?’ vroeg ik toen. ‘Dat zal ik jou eens haarfijn uitleggen,’ zei hij toen. Ik was benieuwd en bang. ‘Sinds wij verkering hebben, ben ik de gelukkigste persoon op aarde. Jij bent mijn eerste vriendin. Maar telkens als je bij mij was, had je het alleen maar over Liz. Over hoe jaloers je soms op haar was en hoe lief ze voor je was. Ik werd gek van je. Daarom heb ik het gedaan. Ik heb het dus eigenlijk voor jou gedaan, het is je eigen schuld,’ vertelde hij me toen. Had ik het dan echt zo vaak over Liz? Volgens mij niet. En bovendien, ik wilde Liz helemaal niet weg hebben. Ik was heus niet geobsedeerd door haar. Ze was gewoon mijn vriendin, mijn beste vriendin. Even dacht ik er goed over na, maar mijn conclusie was toch echt dat Remi waanzin sprak. Hij was niet goed bij zijn hoofd. ‘Ik snap het niet,’ verzuchtte ik zachtjes. ‘Ik heb het voor jou gedaan, het is beter zo,’ zei hij tegen me. Maar ik wilde er niets van weten en ik stond boos op. ‘Jij bent gestoord,’ schreeuwde ik hem toe. Ik zag hem trillen en hij pakte mij weer vast bij mijn arm. ‘Niet weg gaan liefje,’ zei hij met een verdacht kalme stem. ‘Laat me los,’ schreeuwde ik tevergeefs. Remi was te sterk. ‘Je weet nog niet alles,’ zei hij vervolgens. ‘Ga weer zitten,’ gebood hij mij en hij gaf me een duw richting de bank. ‘Ik heb het niet alleen gedaan, ik had hulp,’ vertelde hij me toen. Ik wilde het niet weten, maar toch luisterde ik. ‘John, ken je hem nog? Hij was mijn perfecte hulpje, hij zag niks in Liz hij was verliefd op jou, liefje, op jou,’ vertelde hij me toen. Ik sperde mijn ogen wijd open, op mij? Ik snapte er helemaal niks meer van. ‘Hij wilde Liz niet kwetsen en daarom hielp hij mij,’ legde hij toen rustig aan. ‘En jij accepteerde die hulp? Waarom, Remi, waarom?’ vroeg ik toen. ‘Eigenlijk hielp ik hem,’ zei hij toen. ‘Alleen hij wist niet dat jij al van mij was, gelukkig niet,’ vervolgde hij. Beetje bij beetje begon ik het te begrijpen. Plotseling besefte ik me dat John misschien in gevaar was. Alhoewel, hij was waarschijnlijk ook niet zo goed bij zijn hoofd. Weer probeerde ik op te staan en te vertrekken. Tevergeefs, alweer. ‘Je zou mij dankbaar moeten zijn,’ stelde Remi vast. ‘En waarom wil je toch telkens weg gaan?’ vroeg hij vervolgens. ‘Remi, je bent hartstikke gestoord,’ schreeuwde ik hem toe. Zijn gezicht betrok niet, maar ik wist dat ik hem geraakt had. ‘Dat neem je terug!’ schreeuwde Remi onverwachts. ‘Jij bent gestoord,’ herhaalde ik nogmaals. Plotseling kreeg ik een enorme klap in mijn gezicht. Zwarte vlekken verschenen langzaam voor mijn ogen. Toen was het zwart.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen