A ranger/traitor 129
Miko zag hoe Svengal verstrakte. Ze hadden gehoopt dat ze niet zoveel lastige vragen zouden krijgen, maar helaas…
“Het zal je niet onbekend zijn dat er een groot aantal plundertochten naar Araluen zijn geweest? Deze twee zijn Araluenen en hebben gezworen dat ze de dat de valse oberjarl betaalt zouden zetten.” Er was afgesproken dat Svengal met geen woord zou reppen over het feit dat ze grijze jagers waren. Lordan knikte. Bloedwraak was iets dat onder Skandiërs niet onbekend was. Als je een verdrag afsloot en de andere partij verbrak dat en dode een paar van je verwanten, dan was het alleen maar logisch dat je wraak zwoer. Alleen een lafaard zou dat niet doen. Lordan dacht dat hij wel wist hoe het gegaan was. Die twee waren waarschijnlijk kustbewoners en toen waren er een paar wolvenschepen aan land gegaan. Aan boord hadden zich niet de normale Skandiërs bevonden die pakten wat ze dragen konden en als iemand zich verzette, vocht tot die doorhad dat hij het beter kon opgeven. Nee, waarschijnlijk waren het halve beesten geweest, zoals er helaas ook onder de Skandiërs waren, die lol schiepen in anderen pijn doen en natuurlijk kreeg je dan zulke dingen als bloedwraak. Dat was een van de redenen dat Skandiërs dorpen waar ze langskwamen niet in brand staken als ze weer vertrokken. Wat zei niet konden gebruiken mochten ze houden, het vernietigen had geen zin en zo sloegen de meeste liever op de vlucht dan tegen hen te vechten, want hun leven was hen meer waard dan enkele kostbaarheden. Maar hun hele hebben en houden daarentegen, dat was iets helemaal anders. En eigenlijk zat Lordan er met zijn veronderstelling niet zo heel ver naast. Want je kon stellen dat voor een grijze jager ‘zijn hele hebben en houden’ heel Araluen was.
Reageer (2)
spannend, gelukkig kunnen skandiers hun mond goed houden, zeker als ze een eed afleggen bij Gorlog
1 decennium geledenSnel verder!!!!!!!!!!!!!!!
1 decennium geleden