22|
Joy
Ik ben zo chaggo. Ik geloof dat ik nog nooit zo verschrikkelijk chaggo ben geweest. Ugh. En ik voel me zo verdomd alleen. Letterlijk. Ik slenter een beetje achter de groep aan. Ik hoor af en toe gelach komen. Vooral Rapunzel. Eva werpt af en toe wel een blik naar achter, maar zeker geen vrolijke. Ik bal mijn vuist. Sinds wanneer moet Joy, Élu van Avalon, vechten tegen haar tranen. Damn. De groep komt tot stilstand op een open plek bij een klein beekje. We hadden al zeker meer dan zes uur gelopen, Rapunzel was uitgeput. Ik zak naar beneden tegen een boom en sluit mijn ogen. Ondanks dat ik nu niets zie, hoor ik prima wat er allemaal gebeurt. Eva roddelt over me tegen Kevin. Remus staat te zeiken tegen een boom. Rapunzel giechelt om iets wat Flynn heeft gezegd. De tweeling doet een een-of-ander vampierenspel. En wat Wodan doet boeit me voor geen meter. Ik voel wat op mijn schouder, uit gewoonte wil ik het weg slaan maar bedenk me dan dat ik elvenstof ruik. Ik open mijn ogen en kijk in het kleine bezorgde gezicht van Tinker Bell. ‘Het gaat wel.’ Fluister ik zacht, om haar gerust te stellen. Ze glimlacht en nestelt zich in het kuiltje boven mijn schouderbeen. Ze is vast helemaal uitgeput van het vliegen. Ik sluit mijn ogen en hoor de stemmen langzaam vervagen.
‘Joy.’ Ik kreun en maak een soort gebaar met mijn hand. ‘Joy, je moet wakker worden.’ ‘Maar de wekker is nog niet gegaan.’ Ik hoor Eva lachen. ‘Kom op.’ Er wordt een sterke arm door de mijne gehaakt en voor ik het weet sta ik, nog met ogen gesloten, recht op. ‘Wat is een wekker?’ Hoor ik een stem vragen. Ik open mijn ogen en zie dat acht paar ogen me aanstaren. Meteen voel ik me niet op mijn gemak, ik schuifel wat stuntelig heen en weer op mijn plek. ‘Gaan we?’ Hoor ik Wodan brommen, hij had zich al weer omgedraaid. De groep begint te lopen en tot mijn grote verbazing blijft Eva naast me staan. Ze haakt haar arm door de mijne en zucht. ‘Sorry zus.’ Ze geeft me een kusje op mijn wang. Ik glimlach magertjes. Tuurlijk is het lief dat ze zich verontschuldigd maar zo snel ben ik niet over mijn chagrijnige bui heen. ‘Voel je je wel goed?’ Ik knik. Verder blijven we zwijgend naast elkaar lopen.
Het is pikkedonker. We zitten met zijn alle rond het kampvuur dat Remus en Dan hebben gemaakt. Ik knabbel aan het stukje konijn dat we net geroosterd hebben. Ik weet nog goed toen ik voor het eerst een konijn ving. Het was samen met Haki. Het was hilarisch. Ik grinnik, wat verbaasde gezichten op levert. ‘Binnenpretje.’ Mompel ik. Ik zie Eva een wenkbrauw op tillen. “Haki die een konijn vangt.” Zend ik naar haar. Ik hoor haar grinniken. Ik had haar vaak genoeg verteld over hoe onhandig Haki wel niet is. Of, was. Ik hoor haar hardop “ohh” zeggen. ‘Ik snap dat’ Kevin wijst van Eva naar mij en weer terug, ‘nog steeds niet.’ ‘Zo bijzonder is het niet, weerwolven kunnen dat ook.’ Flynn haalt zijn schouders op. ‘Ik vind het best knap.’ Geeft Rapunzel toe, die er geloof ik net als Kevin niet veel van snapt. ‘Wat? Vind je me knap?’ Vraagt Flynn grijnzend aan Rapunzel, ze slaat hem speels en ze gaan vervolgens verder met hun flirt-conversatie. Jak. Ik houd me in om geen braakgeluiden te maken. ‘Zullen we gaan slapen?’ Stelt Tom voor. Ik zie mensen knikken. Gek genoeg ben ik niet zo moe. ‘Ik houd wel de wacht.’ Zeg ik terwijl ik opsta. Ik hoor achter me een grom en kijk Wodan met een opgetrokken wenkbrauw aan. ‘Ik geef orders.’ Zegt hij dan koeltjes. ‘Blijkbaar niet.’ Zeg ik terwijl ik me omdraai en tegen een boom aan leun. Ik hoor een grom die plots af is gekapt door een dof geluid. ‘Doe normaal.’ Hoor ik Remus fluisteren. ‘Sla me niet.’ Ik rol met mijn ogen en focus me op de oneindige bomen.
Reageer (2)
Haha hier zitten echt geniale momenten tussen(Y)
1 decennium geledenwhoop whoop
1 decennium geledensnel verder please