|| 18
Hier is een jumbo-sized hoofdstuk speciaal voor hongerige lezers
Ik ben echt zo blij dat de vakantie is begonnen, kan ik eens wat meer rondhangen hier ^^
Ik ben echt zo blij dat de vakantie is begonnen, kan ik eens wat meer rondhangen hier ^^
‘Mag ik nog een Bodiaid?’ Vroeg de man met de bruine baard die voor me op de barkruk zat. Op de bar had hij de glimmende rupees al klaargelegd. ‘Tuurlijk,’ antwoordde ik netjes en ik reek mijn hand naar de fles bovenin het schap met de kolkende alcoholische drank. Ik haalde het eruit en trok de kurk uit de fles, daarna vulde ik zijn glas opnieuw en pakte ik de rupees op. Toen ik de fles terug in zijn fles stopte hoopte ik vurig dat hij het bij 3 glazen zou houden. Ik had weinig zin om iemand de bar uit te slepen. Het was al redelijk laat, en de drukte die er net was was al grotendeels verdwenen. Voor me zaten de laatste 2 mannen en Telma was in het achterkamertje met een stel van haar vrienden aan het praten. Ik had nog geen idee wie het waren, ze waren tijdens de drukte binnengedruppeld en door de hectiek had ik geen tijd om kennis te maken.
‘Dag Telma,’ zei de man met een luide stem naar de achterkamer. Ik zag dat hij zijn drankje al op had en was gaan staan. ‘En bedankt voor de goede service,’ zei hij tegen mij. Ik knikte beleefd en keek toe hoe hij naar de deur strompelde en de bar verliet.Niet lang later verdween ook de laatste man en slaakte ik een zucht van verlichting. Ik had hard gewerkt, maar ik was er zonder kleerscheuren doorheen gekomen.
‘Zeg Eleanor, kun je voor ons nog hetzelfde als net halen?’ Vroeg Telma aan mij. Ik knikte en haalde een paar flessen tevoorschijn om vervolgens naar de tafel te lopen. Daar vulde ik de 5 glazen bij waarna ik terugliep naar de bar en ze weer in de schappen schoof. Ik klopte mijn handen af als teken voor mezelf dat ik klaar was. Telma zat er met vier andere mensen, een vrouw met zwart haar en hoop zware ijzeren bescherming, een man met blond haar en kleding die ik herkende als de typische kledingstijl van Ordon, een wat oudere man met een zwaar geel met wit pak, en een man met rood haar en vele gouden artibuten die me deden denken aan een onderzoeker. Ik liep hun richting op. ‘Zeg Telma, kan ik verder nog iets doen?’ Vroeg ik toen ik stil was blijven staan bij de rode doeken. ‘Nee, dat was het volgens mij, neem anders zelf nog wat te drinken,’ ze hadden ze rollen papier alweer weggelegd, als teken dat ze klaar waren. Ik liep weer richting de bar en pakte een glas en wat melk. ‘Ja ze kwam als geroepen, ik kan de drukte niet altijd meer bijhouden.’ Hoorde ik Telma zeggen, terwijl ik de melk weer wegstopte. Ik liep hun kant weer op. ‘Dus je bent toch blij dat ik vandaag wilde helpen?’ Vroeg ik aan Telma. Ze knikte instemmend. ‘En je kent deze mensen natuurlijk nog niet, we komen hier een paar keer per week samen.’ Ik was blij dat Telma dat mij duidelijk maakte. ‘Dochter van Brant toch? Ik ben Auru.’ Zei de man met het dikke pak. Daarna reageerde de vrouw naast hem. ‘Ashei, uit de bergen,’ Was haar korte introductie. ‘Ik ben Shad, als je wat wilt weten over de legendes van Hyrule, dan ben ik je man.’ Zei hij waarna hij vrolijk op zijn boek klopte. Ik grinnikte kort. ‘En ik ben Rusl, ik kom eigenlijk uit Ordon een eindje verderweg’ Hij stak als enige zijn hand uit die ik daarna zachtjes schudde. ‘Eleanor,’ zei ik terwijl ik dat deed. ‘Doen jullie iets speciaals hier?’ Vroeg ik terugkijkend op wat Telma mij net vertelde. ‘We noemen ons ‘The resistance’ we houden Hyrule een beetje in de gaten zegmaar, je weet al hoe ik tegen de soldaten hier aankijk,’ Ik grinnikte en knikte daarna begrijpend.
Ik nam een slok melk en zag dat Shad weer in zijn boek gedoken was. Opeens voelde ik een trilling die ik gelijk herkende, zachtjes kwam de grond in beweging en begon harder te schudden. De lampen bewogen heen en weer en ik drukte mezelf tegen de stenen muur aan om niet om te vallen. De anderen grepen zich allemaal ergens aan vast en keken geschokt rond om uit te vinden waar het vandaan kwam. Dit keer was het heftiger dan de paar seconden bij de Ordon Spring, ik greep mijn nagels vast in de muur en wachtte tot de trilling afnam. Ik hoorde het gerinkel van flessen aan de barkant en zag dat enkele stoelen omvielen. Na nog een minuut hield het op en liet ik de muur zachtjes weer los. Alle mensen in de kamer keken geschokt terwijl ze hun steun weer loslieten. ‘Wat was dat nou weer?’ Vroeg Rusl die zijn handen weer losmaakte van de tafel. ‘Misschien is het iets buiten, ik kijk wel even.’ Bood ik aan en ik liep met nog ietwat wankelende stappen richting de deur.
Ik opende de groene deur en stapte naar buiten in het donkere steegje. Ik maakte mijn weg richting de trap met de zwarte hekken. Nog ietwat wantrouwend liep ik naar boven, en stak daarna mijn hoofd om de hoek.
De straat was bijna volledig leeg, en de enige mensen die ik zag keken ook nieuwsgierig naar buiten.
Langzaam werden de ramen weer gesloten omdat er buiten geen oorzaak gevonden kon worden voor de beving. Ik zuchtte teleurgesteld maar ik kon het misschien wel verwachtten. Ik leunde met mijn rug tegen de muur en keek naar de donkere marktstraat, alsof de beving van net er nooit geweest was. Net als die beving bij Ordon Spring, die ook net zo snel weer weg als hij gekomen was. Opeens zag ik iets bewegen bij de fontein op het marktplein aan het einde van de straat. Om het beter te kunnen zien, deed ik een kleine stap naar voren, en ik wist net een persoon te onderscheiden.
Ik zag alleen dat het in het zwart gehuld was en met grote snelheid langs de fontein liep. Voor ik het wist kwam het met grote snelheid deze straat in, mijn kant op. Ik kon nog steeds niks zien, en ik zag alleen een lange zwarte cape waaien in de duisternis toen het langs me heen schoot. Ik draaide me met een ruk om, om het na te kunnen kijken maar het enige wat ik verder kon zien was iets wits, en ik wist niet waar het vandaan kwam.
Het figuur rende richting de poort, maar werd er niet door tegen gehouden. Het verdween bij de poort in het niets, net zoals het gekomen was.Mijn lichaam was versteend en ik was compleet verward van wat ik net gezien had. Zo verward dat ik het geluid achter me net te laat hoorde. Een gigantisch gewicht kwam van achter tegen me aan en bracht me volledig uit balans. Voor ik het wist was ik onderweg naar de grond en sleepte ik nog een stukje voort op de harde stenen. Ik voelde mijn wang tegen de vloer schaven en een warme plek ontstaan op mijn buik en rug. Toen ik tot stilstand kwam bleef ik niet liggen, maar duwde mezelf weer met een ruk overeind. Een zachte kreun verliet mijn mond. Ik draaide me om richting de plek waar ik net stond en kon nog net blijven zitten. Daar lag nu iemand anders die ook vlug overeind kwam, het was te donker om goed te zien wie het was, maar het was duidelijk een jongen. Ik hoorde ook een kreun van zijn kant. Hij kwam overeind en wreef over zijn buik heen, terwijl ik nog steeds in dezelfde positie zat.
‘Gaat het wel?’ Hoorde ik een jongensstem zeggen.
‘Dag Telma,’ zei de man met een luide stem naar de achterkamer. Ik zag dat hij zijn drankje al op had en was gaan staan. ‘En bedankt voor de goede service,’ zei hij tegen mij. Ik knikte beleefd en keek toe hoe hij naar de deur strompelde en de bar verliet.Niet lang later verdween ook de laatste man en slaakte ik een zucht van verlichting. Ik had hard gewerkt, maar ik was er zonder kleerscheuren doorheen gekomen.
‘Zeg Eleanor, kun je voor ons nog hetzelfde als net halen?’ Vroeg Telma aan mij. Ik knikte en haalde een paar flessen tevoorschijn om vervolgens naar de tafel te lopen. Daar vulde ik de 5 glazen bij waarna ik terugliep naar de bar en ze weer in de schappen schoof. Ik klopte mijn handen af als teken voor mezelf dat ik klaar was. Telma zat er met vier andere mensen, een vrouw met zwart haar en hoop zware ijzeren bescherming, een man met blond haar en kleding die ik herkende als de typische kledingstijl van Ordon, een wat oudere man met een zwaar geel met wit pak, en een man met rood haar en vele gouden artibuten die me deden denken aan een onderzoeker. Ik liep hun richting op. ‘Zeg Telma, kan ik verder nog iets doen?’ Vroeg ik toen ik stil was blijven staan bij de rode doeken. ‘Nee, dat was het volgens mij, neem anders zelf nog wat te drinken,’ ze hadden ze rollen papier alweer weggelegd, als teken dat ze klaar waren. Ik liep weer richting de bar en pakte een glas en wat melk. ‘Ja ze kwam als geroepen, ik kan de drukte niet altijd meer bijhouden.’ Hoorde ik Telma zeggen, terwijl ik de melk weer wegstopte. Ik liep hun kant weer op. ‘Dus je bent toch blij dat ik vandaag wilde helpen?’ Vroeg ik aan Telma. Ze knikte instemmend. ‘En je kent deze mensen natuurlijk nog niet, we komen hier een paar keer per week samen.’ Ik was blij dat Telma dat mij duidelijk maakte. ‘Dochter van Brant toch? Ik ben Auru.’ Zei de man met het dikke pak. Daarna reageerde de vrouw naast hem. ‘Ashei, uit de bergen,’ Was haar korte introductie. ‘Ik ben Shad, als je wat wilt weten over de legendes van Hyrule, dan ben ik je man.’ Zei hij waarna hij vrolijk op zijn boek klopte. Ik grinnikte kort. ‘En ik ben Rusl, ik kom eigenlijk uit Ordon een eindje verderweg’ Hij stak als enige zijn hand uit die ik daarna zachtjes schudde. ‘Eleanor,’ zei ik terwijl ik dat deed. ‘Doen jullie iets speciaals hier?’ Vroeg ik terugkijkend op wat Telma mij net vertelde. ‘We noemen ons ‘The resistance’ we houden Hyrule een beetje in de gaten zegmaar, je weet al hoe ik tegen de soldaten hier aankijk,’ Ik grinnikte en knikte daarna begrijpend.
Ik nam een slok melk en zag dat Shad weer in zijn boek gedoken was. Opeens voelde ik een trilling die ik gelijk herkende, zachtjes kwam de grond in beweging en begon harder te schudden. De lampen bewogen heen en weer en ik drukte mezelf tegen de stenen muur aan om niet om te vallen. De anderen grepen zich allemaal ergens aan vast en keken geschokt rond om uit te vinden waar het vandaan kwam. Dit keer was het heftiger dan de paar seconden bij de Ordon Spring, ik greep mijn nagels vast in de muur en wachtte tot de trilling afnam. Ik hoorde het gerinkel van flessen aan de barkant en zag dat enkele stoelen omvielen. Na nog een minuut hield het op en liet ik de muur zachtjes weer los. Alle mensen in de kamer keken geschokt terwijl ze hun steun weer loslieten. ‘Wat was dat nou weer?’ Vroeg Rusl die zijn handen weer losmaakte van de tafel. ‘Misschien is het iets buiten, ik kijk wel even.’ Bood ik aan en ik liep met nog ietwat wankelende stappen richting de deur.
Ik opende de groene deur en stapte naar buiten in het donkere steegje. Ik maakte mijn weg richting de trap met de zwarte hekken. Nog ietwat wantrouwend liep ik naar boven, en stak daarna mijn hoofd om de hoek.
De straat was bijna volledig leeg, en de enige mensen die ik zag keken ook nieuwsgierig naar buiten.
Langzaam werden de ramen weer gesloten omdat er buiten geen oorzaak gevonden kon worden voor de beving. Ik zuchtte teleurgesteld maar ik kon het misschien wel verwachtten. Ik leunde met mijn rug tegen de muur en keek naar de donkere marktstraat, alsof de beving van net er nooit geweest was. Net als die beving bij Ordon Spring, die ook net zo snel weer weg als hij gekomen was. Opeens zag ik iets bewegen bij de fontein op het marktplein aan het einde van de straat. Om het beter te kunnen zien, deed ik een kleine stap naar voren, en ik wist net een persoon te onderscheiden.
Ik zag alleen dat het in het zwart gehuld was en met grote snelheid langs de fontein liep. Voor ik het wist kwam het met grote snelheid deze straat in, mijn kant op. Ik kon nog steeds niks zien, en ik zag alleen een lange zwarte cape waaien in de duisternis toen het langs me heen schoot. Ik draaide me met een ruk om, om het na te kunnen kijken maar het enige wat ik verder kon zien was iets wits, en ik wist niet waar het vandaan kwam.
Het figuur rende richting de poort, maar werd er niet door tegen gehouden. Het verdween bij de poort in het niets, net zoals het gekomen was.Mijn lichaam was versteend en ik was compleet verward van wat ik net gezien had. Zo verward dat ik het geluid achter me net te laat hoorde. Een gigantisch gewicht kwam van achter tegen me aan en bracht me volledig uit balans. Voor ik het wist was ik onderweg naar de grond en sleepte ik nog een stukje voort op de harde stenen. Ik voelde mijn wang tegen de vloer schaven en een warme plek ontstaan op mijn buik en rug. Toen ik tot stilstand kwam bleef ik niet liggen, maar duwde mezelf weer met een ruk overeind. Een zachte kreun verliet mijn mond. Ik draaide me om richting de plek waar ik net stond en kon nog net blijven zitten. Daar lag nu iemand anders die ook vlug overeind kwam, het was te donker om goed te zien wie het was, maar het was duidelijk een jongen. Ik hoorde ook een kreun van zijn kant. Hij kwam overeind en wreef over zijn buik heen, terwijl ik nog steeds in dezelfde positie zat.
‘Gaat het wel?’ Hoorde ik een jongensstem zeggen.
Reageer (1)
is het link???
1 decennium geledenwie was het
was heet dark link die in die cape??
snel verderrrrr