10
“Harry, lieverd! Ik ben zo blij dat ik je hoor! Hoe gaat het?”
“Ik… het… best goed…” Ik slik mijn tranen weg en probeer vrolijk te klinken.
“Ben je het zeker? Je klinkt nogal triest.”
“Het gaat wel, mama… Echt… Het is gewoon…”
“Wat?”
“Louis en Zayn terug...”
“Oh jongen, wil je naar huis komen?”
“Nee, dat hoeft niet. Ik wil niet weg. Er zijn ook aardige mensen…” Een eenzame traan rolt over mijn wang. Ik zou niet liever willen dan naar huis gaan, maar dan kom ik zwak over en dat is net wat Louis en Zayn willen.
“Dat is goed om te horen. Heb je al wat vrienden gemaakt in je nieuwe klas?”
“Ja… Ik denk het…” Juliet is de enige. Als we ons tot ‘vrienden’ kunnen benoemen.
“Goed zo! En doe je een beetje je best?”
“Ja, natuurlijk, mama.”
“Fijn. Maar ik moet ophangen. Ik zie je snel, lieverd.”
“Ik… Ik mis je, mama…” Ik kan mijn tranen niet meer tegen houden en niet veel later proef ik de zoute druppels op mijn lippen.
“Oh Harry… Huil nou niet. Ik mis je ook, en ik hou heel, heel veel van je. Vergeet dat niet, he?”
“Ik hou ook van jou, mama.”
“Laat je hoofd niet hangen, he… Bye…”
“Bye…”
Ik veeg mijn tranen weg en haak in. “Zo, toch niet zo cool zoals iedereen zegt, he?” hoor ik ineens van achter me. Ik draai me om en zie Juliet in de deuropening staan. Shit. Betrapt. Ik zoek naar een antwoord en haal mijn schouders op. “Gaat het wel?” vraagt ze vervolgens. “Ja, ik ben oke…” Ik schenk haar een glimlachje. Ze glimlacht terug en even is het stil. “Ik uhm… Ik ben hier voor het werkstuk van Engels.” Oh, ja, dat. Ik was het al helemaal vergeten. “Oh ja … Ga maar zitten.” Ik klop op het bed en ongemakkelijk komt ze naast me zitten.
“Dus… Rond welk onderwerp moeten we werken?”
“Dood…”
Ze kijkt van me weg en zucht.
“Wow… Dat is… diepzinnig...”
“Ja. Heb je een idee wat we kunnen doen?”
“Uhm… We kunnen een schilderij maken? En misschien ook een gedicht schrijven?”
“Ja. Dat is best een goed idee.”
“Beginnen we morgen, na school?”
“Oke, hier? Of in mijn kamer?”
“Hier is goed voor me.” Ze kijkt me glimlachend aan. “Je bent aardig, Harry” fluistert ze vervolgens. Ik kijk haar wat verward aan, omdat ik het niet zag aankomen. “Jij ook, Juliet.” Ze lacht en kijkt verlegen weg. “Vrienden?” vraag ik vervolgens. Het lijkt alsof ze aarzelt. Maar… waarom? Ze zei net dat ze me aardig vindt. Dan kunnen we toch vrienden zijn?
“Vrienden” Antwoordt ze.
Er zijn nog geen reacties.