05.
Ik kijk om me heen. In de verte zie ik een soort stenen pad lopen. Dat leidt vast naar een drop. We zitten weer in het rondje waar we begonnen zijn. ‘Ik denk dat we wel taken moeten verdelen.’ Stelt Chris nogmaals voor. Ik ben het met hem eens en knik mijn hoofd. Ik zie ook Kimberly knikken. ‘Wat als we tweetallen maken?’ Hoor ik Kimberly’s zachte stem naast me zeggen. ‘Goed idee.’ Zegt Chris en hij staat weer op. Die man is echt rusteloos. Kimberly kijkt me vragend aan, tuurlijk wil ik met haar een tweetal vormen. Ik schenk haar een lach terug. ‘Goed maak een rij. We gaan op leeftijd staan.’ Beveelt Chris zich. ‘Dude, we zijn niet bij de scouting.’ Zeg ik knorrig terwijl ik dan toch doe wat hij zegt. ‘31’ ‘46’ ‘26’ Hoor ik om me heen geroepen worden. Zodra we in een rij staan is Chris tevreden. Kimberly pakt mijn hand beet, gelukkig zijn wij twee de laatste van de rij, dan komen we sowieso wel samen. ‘Dan gaat nu de oudste naar de jongste toe. En zo de rij verder af.’ Ik trek mijn wenkbrauw op. Wat is dit nou weer voor taakverdeling? Zwijgend doen we wat hij zegt. Ik zucht als ik zie wie mijn partner is. Tuurlijk, Chris. We staan allen in tweetallen. Kimberly met Gilbert, Léonore met Severijn, Mischa met Iren, Jasmijn met Jackson en natuurlijk Chris en ik. Na een hevige discussie zijn de taken verdeelt. Kimberly en Gilbert hebben niet echt een zware taak, ze moeten een beetje de grond leeg maken van steentjes en takjes, zodat we er kunnen slapen vanavond. Léonore en Severijn zijn verantwoordelijk voor het vuur. Mischa en Iren hebben als opdracht aan water te komen. Jasmijn en Jackson zoeken naar voedsel. Chris vond het een leuk idee om op onderzoek uit te gaan, dat gaan we dan dus ook doen.
We zeggen de andere gedag en lopen naar het stenen pad toe. Ik voel kriebels in mijn buik, maar Chris lijkt daar geen last van te hebben. Als een bezetene loopt hij door. Grote passen snel thuis, right? ‘Chris.’ Zeg ik buitenadem. Hij draait zich verbaast om. ‘Je loopt echt heel snel.’ Ik heb zo-goed-als geen conditie, dus het is geen wonder dat ik nu al buitenadem ben. ‘Oh sorry, ik zal wel langzamer lopen.’ Ik knik. ‘Jij hebt hier echt zin in hè?’ Vraag ik hem als ik eindelijk weer naast hem loop. Hij kijkt me grijnzend aan, dat is dus een “ja”. Ik rol mijn ogen. ‘Geef toe, het is gaaf.’ Ik zucht, ik ben het eigenlijk wel met hem eens. Dit is gaaf. Nooit gedacht dat ik iets spannends mee zou maken. ‘Oké, je hebt gelijk. Het is gaaf. Maar we moeten wel oppassen. We hebben geen idee waar we zo uitkomen.’ Hij knikt instemmend. Het pad neemt een bocht naar rechts, we volgen het. We zijn tot nu toe niemand anders tegen gekomen, maar dat gaat veranderen. Voor ons loopt een oude man met een zware kar achter zich. Hij heeft duidelijk moeite met hem te trekken over de ongelijken keien. Ik kijk Chris aan, en hij mij. Zullen we hem helpen? Lijkt hij mij zonder woorden te vragen. Chris versnelt zijn pas en loopt op de man af. ‘Goedendag mijnheer. Zal ik u helpen met het trekken van uw kar?’ Ik ben verbaast door het accent wat Chris opzet. Wat een acteur zeg. De man kijkt hem wantrouwend aan. Tot hij mij ziet. ‘Is dat uwe dochter?’ Vraagt de man met een krakende stem. Chris kijkt me aan met een glimlach. ‘Jazeker dat is mijn dochter. Ze heet Rosalie.’ Zegt hij trots. Wait, trots? Hoe kan hij trots zijn? Ik zeg mijn onschuldigste glimlach op. ‘Goed nobele man, het zou een ware gunst zijn als uw mijne kar wilt trekken.’ Chris knikt en neemt de kar van hem over. De man strekt zijn rug en zucht. Hij heeft vast pijn. Hij strompelt verder terwijl Chris de kar soepel trekt. Op de kar liggen verschillende soorten planten. Ook zie ik eieren en groentes. ‘Waar gaan jullie heen?’ Vraagt de man die inmiddels naast me loopt. ‘Euhm, dat weet ik niet.’ Zeg ik twijfelend. ‘Deze weg leidt naar een klein dorpje aan de rand van de grotere stad Cadbury. Als jullie werk zoeken hebben jullie meer succes in Cadbury.’ Ik knik vriendelijk. In de verte zie ik een soort poort op doemen. Het is gemaakt van stenen, die volledig bedekt zijn door groen mos. ‘Ik neem het wel weer over vanaf hier jonge man. U heeft mij zeer geholpen, vriendelijk vreemdeling.’ De man knikt als groet en neemt de kar weer over van Chris. We kijken hem na terwijl hij onder de poort door loopt. ‘Wat nu, paps?’
Reageer (3)
1 decennium geledenlolz dat laatste
snel verder please
Lol, dat laatste doet me denken aan het zeggen van "zus (*rare beweging*)" tegen mijn zusje
1 decennium geledenlol 'Wat nu paps?' die is echt geniaal.
1 decennium geleden