Bereik
Emily pakte haar mobiel uit haar zak om Romé te smsen.
‘Zeg, moeten we de anderen niet even bellen om te vertellen dat wij Denise gevonden hebben?’, vroeg Falco aan Romé.
‘Goed idee’, antwoordde Romé. Ze pakte haar mobiel om Emily te bellen. Dat lukte niet, in dit diepe bos had ze geen bereik. ‘Fijn’, mompelde Romé; ‘Ik wist niet eens dat dit tegenwoordig nog kon. Je hebt overal in Nederland bereik toch?’
Het probleem was dat dit niet onder Nederland viel, of zelfs maar de wereld die zij kenden. Want de bomen verschoven en het bos veranderde ieder moment. Dit bos behoorde aan de droomwereld. En alleen Denise kende de weg… en de vreemde wezens die uit haar dromen kwamen natuurlijk ook. Dat laatste verontrustte haar. De meeste wezens uit haar dromen hadden niet veel goeds in de zin. Ze hadden vreemde regels, net als bij de leeuwenspelen. In het echt zou zij het natuurlijk nooit op kunnen nemen tegen zo’n beest.
Het begon donker te worden.
‘Hoe lang lopen we al?’, vroeg iemand. De groep had geen idee. Het konden minuten zijn of evengoed uren.
Ze kwamen aan bij een nieuw pad.
‘Was dit dan de weg?’, vroeg Romé. De weg zag er precies zo uit als de vorige. ‘Of zijn we in een rondje gelopen?’
‘Nee, dit is een andere weg’, antwoordde Denise.
‘Weet je überhaupt hoe wij hier uit moeten komen? Ik krijg het koud, wil naar huis’, zeurde de vriendin.
Denise zuchtte. Zij wilde ook wel naar huis. Maar als het bos zich zo gedroeg als dat zij vermoedde, kon dat lang duren.
‘Luister’, gebood de aardling; ‘Neem de omgeving goed in je op. Als een foto. Dan houd je het beeld vast terwijl je jouw ogen sluit’
De drie sloten hun ogen. Romé en Falco deden wat Denise had gezegd, maar Denise dacht erbij aan een beekje dat tussen de bomen door kronkelde. Toen zij hun ogen terug open hadden zagen zij allen het beeld van Denise. De beek was daadwerkelijk daar.
‘Hoe is dat gebeurd?’, vroeg Romé verbaasd.
‘Dit is een stukje van mijn droomwereld. Het bos is vervormd naar hoe ik het altijd droom’
Romé werd blij van het idee dat Denise gewoon haar huis hier kon inbeelden.
‘Cool! Dan breng je ons nu toch naar huis!’
Denise schudde. ‘Ik kan veel, maar dat kan niet. Tenzij je kwaadaardige kloons van jouw ouders wilt natuurlijk’
Nee, dat had ze liever niet. Ze begreep niet waarom het niet kon, kon Denise dan tenminste die regen laten stoppen?
Maar als Denise dat had gekund, dan had ze dat wel gedaan. Denise kon alleen veranderen wat haar droomwezens haar toestonden te veranderen.
Reageer (1)
Hmm, spannend!
1 decennium geledenIk hoop dat ze er snel uitkomen!