~Chapter 3.3~
Heeft er iemand zin om reclame te maken voor mijn story? ^-^
‘’I don’t like you! You can’t force me!‘’
Een in het roze gekleed, klein, mollig vrouwtje stond plots naast Professor Dumbledore en keek de zaal smachtend rond. Haar glimlach was veel te breed en zag er nep uit, zo leek ze net op een pad, vond Louise. Ze trok een wenkbrauw op en keek naar Blaise, die zo te zien hetzelfde leek te denken; ‘’Wat doet zij hier?’
En dan nog wat; hoe durfde ze het schoolhoofd te onderbreken? Geen enkele leraar had daar het lef voor, en zij kende hier duidelijk de regels nog niet. Maar Dumbledore liet haar haar gang gaan en deed beleefd een stapje naar achteren zodat zij aan het woord kon.
Haar stem klonk zo mogelijk nog verschrikkelijk dan haar vertoning al was; lieflijk, zoet, maar tegelijkertijd had het ook iets dreigends.
‘Ik moet zeggen dat ik het énig vind om hier les te komen geven in Defense Against the Dark Arts,’ begon ze, en veel mensen konden een nerveus lachje niet tegenhouden toen ze ‘’enig’’ gebruikte.
Louise had allang geen interesse meer in wat de vrouw zei en begon haar nagels te bestuderen. Blaise luisterde echter wel, en aan het einde tikte hij haar aan en grinnikte.
‘Ook ben ik er zeker van dat jullie en ik grote vrienden gaan worden!’ sloot ze haar speech af, en met die woorden ging ze weer aan tafel zitten. Er was maar weinig mensen die begrepen hadden waar ze het over had. In feite was er helemaal niemand aan de Slytherin tafel die echt had opgelet.
‘Nou, dat sloeg ook nergens op,’ zei Blaise, die als een van de enigen wel had geluisterd. Louise haalde haar schouders op en trok hem mee naar de common room.
Heerlijk vond ze het om hier eindelijk weer terug te zijn, na zo’n lange, verschrikkelijke tijd.
Blaise was de dagen die daarna kwamen héél irritant en hinderlijk bezig. De hele dag door probeerde hij zijn arm om haar heen te slaan, of haar hand vast te pakken, of dingen als dat.
‘Blaise, stop, man!’ riep ze uiteindelijk, toen hij voor de derde keer die dag haar hand wilde pakken – en het was nog maar tien uur ’s ochtends. Hij trok beledigd een wenkbrauw op en keek haar aan.
‘Hou je er nou eindelijk mee op? Ik vind je niet leuk, je kan me niet dwingen! Stop!’
Ze zag iets breken toen ze in zijn ogen keek, maar voor ze nog iets kon zeggen om het goed te maken – als dat al mogelijk was – had hij zich al omgedraaid en liep beledigd weg.
‘Shit,’ mompelde ze, en toen ze zich omdraaide schrok ze zo erg dat ze keihard gilde en haar boeken uit haar handen liet vallen.
‘Draco!’ riep ze boos, en die stond grijnzend voor haar.
‘Waar gaat Blaise heen?’ vroeg hij, en ze zag dat hij duidelijk van hun ruzietje genoot. ‘Hij moest even weg. Wat moet je?’ snauwde ze als antwoord, en hij trok zijn wenkbrauwen op.
‘Niet zo onbeleefd, Mud- laat maar.’
Ze kon een grijns niet onderdrukken en terwijl ze haar boeken opraapte wachtte ze af tot hij eindelijk verder ging. Toen ze rechtop stond, was hij echter nog niet begonnen.
‘Nou? Wat moet je?’
‘Heb je al gehoord dat Umbridge de High Inquisitor van Hogwarts?’
‘Wat houd dat precies in?’
‘Daar kom je nog wel achter.’
Hij lachte spottend en liep toen weg, haar verbaasd achterlatend.
Alsof Louise’s leven niet ergen kon, bleef Blaise haar de dagen erna gewoon negeren. Ze voelde zich schuldig, ook al was het niet iets waar ze iets aan kon doen. Ze kon haar gevoelens voor hem niet veranderen om hem gelukkig te maken, hoe graag ze dat ook wilde. Dus liet ze alles maar over zich heen komen en hoopte ze dat alles gauw beter zou worden.
Maar dat werd het niet. De lessen werden moeilijker, die van Umbridge sloegen echt nergens op, en niks was nog grappig of om te lachen zonder Blaise.
Louise zat in een les die professor Umbridge kwam inspecteren en zuchtte diep. Haar beste vriend zat aan de andere kant van het lokaal en keek geen een keer op of om. Hij deed gewoon alsof ze niet bestond. Umbridge zat in de hoek van het klaslokaal en krabbelde de hele tijd iets op een klembord. Vervolgens verliet ze zonder iets te zeggen het lokaal.
Zo ging het een tijdje door. Er kwamen steeds meer onnozele regels, verzonnen door Umbridge en gesteund door het Ministry. Er waren steeds minder dingen die toegestaan werden op school en het voelde als een gevangenis in plaats van een thuis.
Op een dag kwam Umbridge de les van Care for Magical Creatures inspecteren. Iedereen verwachtte al dat het fout zou gaan, vooral toen ze Hagrids nerveuze blik zagen, en al helemaal toen hij begon te stotteren en niet meer goed uit zijn woorden kwam. De Slytherins maakten hier optimaal gebruik van en Louise besloot het spelletje maar eens een keer mee te spelen.
‘Ik heb gehoord dat er veel blessures ij deze les voorkomen, zei Umbridge zachtjes teen Crabbe, maar hard genoeg zodat iedereen, inclusief Hagrid zelf, het kon horen. Louise besloot actie te ondernemen in de hoop het goed te maken bij haar broer. Aangezien Crabbe alleen maar stom stond te grijnzen, kwam ze er gemakkelijk tussen.
Ze trok Draco aan zijn arm erbij en glimlachte liefjes naar het roze geval dat voor haar stond.
‘Ja, Draco hier is aangevallen door een hondsdolle Hippogriff in ons derde jaar. Hij was bijna zijn arm kwijt!’
Draco merkte al snel wat ze van plan was en speelde het spelletje mee.
‘Ik heb nog nooit zoveel bloed verloren,’ begon hij uit te leggen. ‘Ik liep gewoon heel rustig op dat beest af, zoals onze –leraar- zei, en toen viel hij me aan, uit het niets.’
Umbridge trok een wenkbrauw op en schreef weer iets op het klembord. Vervolgens stelde ze hem, en nog wat andere leerlingen – uiteraard allemaal Slytherins – was vragen, en verliet uiterst tevreden het bos.
Maar zodra ze weg was, liep Draco weer terug naar zijn groepje Slytherins en liet Louise alleen achter.
Fijn, dacht ze bij zichzelf. Dat had dus ook helemaal geen nut.
De weken gingen verschrikkelijk langzaam voorbij en Louise zag helemaal niks meer zitten. Ze keek zelfs niet uit naar het dagje Hogsmeade dat in oktober geplant stond, omdat ze wist dat ze er in haar eentje naartoe zou gaan. Ze had al bijna besloten om gewoon in het kasteel te blijven, toen haar een geniaal idee te binnen schoot; ze zou Blaise voor zich terug winnen.
Op de ochtend dat ze vertrokken stopte ze gauw een briefje in zijn jaszak. Hij zou haar handschrift waarschijnlijk herkennen, maar ze hoopte met heel haar hart dat hij toch zou komen naar de afgesproken plek en haar excuses zou aanvaarden.
Bij Honeydukes kocht ze al zijn favoriete snoepgoed – als Malfoy zijnde had ze toch geld genoeg om dat te doen – en ging naar hun favoriete plek in Hogsmeade. Daar legde ze een grote deken neer in het gras, stalde al het snoepgoed uit en ging zitten.
Of hij zou komen wist ze niet. Of hij haar zou vergeven, wist ze niet. Of hij überhaupt ooit nog met haar wilde praten, wist ze al helemaal niet. Het idee maakte haar helemaal gek, maar ze kon het natuurlijk altijd proberen.
Louise staarde voor zich uit. Het uitzicht hier was prachtig, maar zonder haar beste vriend aan haar zijde was het niet compleet. Haar leven was zo leeg zonder hem. Ze ging achterover op de deken liggen en probeerde te genieten van het waterige zonnetje op haar gezicht. Maar dat kon ze niet. Natuurlijk kon ze dat niet. Vandaag zou ze misschien haar beste vriend terug krijgen, maar misschien ook niet. Hoe kon ze dan van de zon genieten?
Na een lange tijd had ze de hoop al bijna opgegeven, maar toen hoorde ze dan toch eindelijk voetstappen en zacht geritsel van bladeren. Snel schoot ze overeind en draaide ze zich om. Een paar seconden wachtte ze gespannen af.
Reageer (8)
super snel verder Xx
1 decennium geledenWauw!
1 decennium geledenSnel verder xx
1 decennium geledenSnel verder!!!
1 decennium geledenMeer!
1 decennium geleden