Hoofdstuk 12
Jilliana pov.
Ik liep eenzaam door de uitgestorven straten. Er was niemand. Ik kon het niet helpen, maar irritatie kroop omhoog.
Ik wou niet boos zijn,maar het gebeurde ineens. Zwijgend trapte ik tegen een blikje aan die met veel lawaai weg rolde.
Ik liep verder en bereikte het blikje weer, opnieuw trapte ik hem weg. Wat zal Sanne nu wel niet denken.
Tranen rolden geluidloos over mijn wangen. En wederom had ik het verpest. Ik moest terug. Er moest een manier zijn om terug te komen.
Als je ergens in komt, kom je er ook weer uit. Mijn ouders zullen wel doodsbang zijn. Ik moest de tel bijhouden van hoe lang ik hier zat.
Nu waren dat 2 of 3 dagen. Ik was het een beetje vergeten, en hield het niet bij. Mijn gedachten waren overal, maar niet bij de dagen.
Ik moest de mensen van wie ik hield terug zien. Mijn familie en vrienden, maar vooral Dean. Hij was mijn allerbeste vriend.
Zonder hem was ik niets. En ben ik ook niets. Hoe meer ik over mijn familie dacht, hoe benauwder ik het kreeg. Ik moest rustig blijven.
Alleen als ik rustig bleef kon ik een uitweg vinden. Het kon me niets schelen dat Sanne hier wou blijven. Desnoods zou ik haar mee slepen.
Vastbinden en mee slepen naar de onze wereld. Later zou ze me dankbaar zijn. Daar moest ik maar van uit gaan.
Er zijn nog geen reacties.