Foto bij Maandag, 4 Februari

TE LUI OM NA TE LEZEN HAHAHAA

Maandag, 4 Februari.

‘’Finn, vertel ons. Waarom wilde je dat Hazel erbij kwam? Vertel het anders maar aan Hazel!” Ik zat in een stoel, naast die van Finn. We zaten in een kamer in het huis van zijn ouders die speciaal helemaal omgetoverd was naar een ‘therapeuten kamer’ zoals Finn dat noemde. Finn zat te frummelen aan zijn handen en keek er naar. “U zei vrijdag dat ik… het weekend moest na denken over herinnering. En de leuke, belangrijke waren met Hazel…” Finn praatte heel langzaam, maar wel perfecte zinnen. De therapeut die hij had, was echt geweldig. Finn had binnen een maand al hele zinnen bij elkaar, gewone zinnen. “Kijk Hazel maar aan als je ze verteld.” De therapeut had een blok bij zich waar hij notities in had geschreven over hoe Finns zich gedroeg, wat hij zei en welke woorden hij er bij gebruikte wat hem echt opviel. Finn keek mij iets verlegen aan en glimlachte ongemakkelijk. Ik hield mijn adem in. Hij opende zijn mond, maar er kwam geen geluid uit. Hij sloot snel zijn mond weer en zei niets en staarde wat voor zich uit. Ik blies meteen mijn adem uit. Finn bleef stil. Na acht minuten in stilte, zei de therapeut. “Heb je je bedacht?” Finn zei niets. Hij deed ook niks. Hij staarde nog steeds in het niets. “Finn?” Finn keek de therapeut aan. “Wil je het nog aan Hazel vertellen?” Finn was helemaal gesloten. Hij keek de therapeut aan, en voorzichtig keek hij mij weer aan. Hij keek een beetje teleurgesteld. ‘Het geeft niet.’ Zei ik meteen. ‘Neem je tijd.’ Finn keek naar de grond. De therapeut zuchtte heel licht. “Als je wilt, mag je gaan. Denk je nog dat je iets gaat zeggen?” Finn stond op en liep direct weg. De therapeut zuchtte diep. Ik keek hem spijtig aan. “Het is een lieve, maar moeilijke jongen moet ik toegeven. Soms, klapt hij dicht en zegt hij gewoon niets meer.” Ik knikte langzaam. ‘Het geeft niet. Op een dag zal hij weer de oude zijn.’ De therapeut glimlachte licht en stond op. Ik stond ook op, gaf hem een hand en liep weer de kamer uit. Ik deed net drie stappen en ik werd zo vast gegrepen bij mijn arm en in de kamer tegenover getrokken. Ik keek Finn geschrokken aan. “Ik wilde het niet vertellen waar hij bij was.” Zei Finn snel en keek mij doordringend aan. ‘Geeft niet!’ Zei ik snel. ‘Dan kun je het nu toch vertellen?’ Finn knikte en trok mij mee naar de stoelen die in de kamer zaten. Finn zat dicht tegenover mij en keek een beetje overal om zich heen. “Ik… moest eigenlijk dus na denken over mijn laatste herinnering, dus voor het ongeluk. Maar dat heb ik niet gedaan. Ik probeerde het, maar toen raakte ik afgeleid van andere herinneringen. Met jou.” Finn grinnikte kort. ‘Oh? Vertel.’ Zei ik glimlachend en leunde naar voren en leunde op mijn handpalmen. “Nou… Wist je nog toen we naar de dierentuin gingen? En jij wilde de hele tijd de schildpadden zien omdat je ze zo schattig vond dus je trok me de hele dierentuin door, rechtstreeks naar de schildpadden. En toen waren we daar, en je bleef maar naar ze kijken dus besloot ik zelf rond te kijken…” Ik grinnikte speels. ‘En toen kwam je terug met een knuffel schildpad, die ligt ergens op mijn bureau.’ Finn glimlachte breed terwijl hij mij aankeek. Hij begon ontzettend veel dingen te noemen die we hadden gedaan, gesprekken die we hadden gehad. We begonnen beide te lachen bij een hele domme blunder die ik eens had gemaakt. Hij pakte mijn hand vast en hield hem stevig vast. Ik keek naar onze handen en begon zacht te giechelen, vooral van blijdschap. Ik beet even op mijn lip en kreeg blosjes op mijn wangen. “Ik kan wel door blijven praten over wat ik me kan herinneren. Maar ik had ook een hele…aparte droom vannacht. Ik weet niet of het een herinnering is ja of nee.” Ik keek hem nieuwsgierig aan en hield mijn hoofd licht schuin. “We… zaten op een brug in de nacht en… jij vertelde de hele tijd hoeveel je van me hield en hoeveel je me miste. En ik wilde heel graag zeggen hoeveel ik van jou hield….” Ik kreeg het ontzettend warm van binnen. Van angst. Hield hij niet meer van me waardoor hij dit niet kon zeggen? “En er kwam geen geluid uit mijn mond dus besloot ik je overal op je gezicht te kussen en je zei dat je het niet genoeg vond.” Ik fronste. Het was sowieso niet echt gebeurt. “En… toen begon je me te zoenen en ik was zó super blij en .. dat was het.” Hij keek mij vragend aan. “Is dat een herinnering?” Ik begon te giechelen en schudde mijn hoofd. ‘Nee, dat is een droom.’ Finn kreeg een glimlach rondom zijn gezicht. “Maar het kan wel een herinnering worden.” Ik keek hem verbaasd aan. Was dit een uitdaging? ‘Misschien moeten we er maar een herinnering van gaan maken.’ Finn kreeg een brede grijns op zijn gezicht. “Wil je… vrijdag avond met mij wat leuks gaan doen? We kunnen… gaan bowlen, gewoon eten, uitgaan, laser gamen…Wat jij wilt.” Uitgaan zou net teveel voor hem zijn. Daar was ik al zeker van. ‘Ik… heb nog nooit gelasergamed.’ Finn grinnikte zacht en zei zacht; “Dan gaan wij vrijdag laser gamen en… Van mijn droom een herinnering maken.” Ik keek Finn aan. ‘Mag ik alsjeblieft een kus?’ Het floepte er zo uit. ‘Ik heb moeite met te wachten tot vrijdag.’ Finn begon te glimlachen en keek even verlegen weg, “Natuurlijk mag jij dat.” Finn boog naar voren toe en keek mij aan met een ontzettend liefdevolle blik. Hij drukte zijn lippen op die van mij. Ik kon mezelf niet inhouden. Ik moest zijn wangen pakken en er nog vier kusjes op drukken. Finn begon te lachen en drukte kusjes terug, op mijn gezicht, en overal.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen