Inleiding. ~ Puck Konings

‘’ooh tuurlijk kom ik er aan, zie je zo!’’ en ik druk Owen weg. Hij belde net om te vragen of ik de rest van MainStreet wilde ontmoeten. En natuurlijk wil ik dat wel. Owen is mijn beste vriend, we doen al alles samen sinds we klein zijn. Hij weet alles van mij en ik weet alles van hem. We zijn beste maatjes. En vandaag ga ik eindelijk zijn vrienden uit MainStreet ontmoeten, ik heb al zoveel verhalen over ze gehoord en ben ondertussen echt benieuwd. ‘’MAAAAMM!! Ik ben naar Owen!’’ Ik trek vlug mijn dikke winterjas aan en mijn col om.

Na 10x de bosjes in te zijn gegleden, door alle verse sneeuw op de straat, ben ik dan toch bij Owen. Huh er staat maar 1 fiets in de tuin, zijn ze nou met zijn alle op een fiets?! Met die gedachten loop ik naar binnen. Ik hang mijn jas op en zwaai de deur open terwijl ik roep ‘’hee Owen zijn jou vrienden acrobaten dat ze met zijn alle op een fiets zijn gekomen?!’’ ik hoor een lachbui uit de kamer komen terwijl ik wat drinken uit de koelkast pak. Ik loop naar de jongens en stel me even voor. Ik kende ze natuurlijk wel een beetje door de verhalen van Owen en omdat ze natuurlijk bekent zijn in heel Nederland. Ik voel me gelijk thuis bij de jongens en laat me tussen ze in vallen op de bank. ‘’oja, by the way, we zijn geen acrobaten, het is mijn fiets die buiten staat en de rest is met de trein…’’ zegt Rein lachend. ‘’oohh, dat valt wel tegen, ik dacht ‘kom ik binnen zijn ze dikke turn oefeningen aan het doen’, maar nee hoor’’ zeg ik vrolijk en we schieten in de lach.