Chapter thirteen
De volgende dag op school kan ik mijn hoofd maar niet bij de les houden. Ik zit op dit moment bij frans, mijn derde les van vandaag. Ik zit naast Hunter, omdat het vaste plekken zijn, maar anders was ik echt aan de andere kant van het lokaal gaan zitten. Ik merk dat hij af en toe naar me kijkt, iets is waar ik me heel erg aan erger. Ik blijf ook de hele tijd aan Robin, Sasha, Kitty en de koning en koningin denken. Bijvoorbeeld waarom ze zo blij waren dat wij van de aarde kwamen en ook waarom Robin elke keer naar me keek. 'Caitlin...' De docent frans kijkt boos mijn kant op. Ik kijk hem aan en merk dat Hunter naast me begint te lachen. Ik voel dat ik rood word en kijk dus maar gewoon naar mijn schrift. 'Caitlin, zou jij misschien kunnen herhalen wat ik net zei.' Meneer Huitersma, onze docent, kijkt me vragend aan. 'Sorry, ik heb niet gehoord wat u net zei,' zeg ik terug zonder dat ik hem aankijk. 'Wil jij je dan misschien even gauw gaan melden,' zegt hij boos terwijl hij naar de deur wijst. Ik loop naar de deur toe, het lokaal uit. Dat mijn gedachten me zo in de problemen konden brengen. Dat word vast nog een week huisarrest. Ik loop naar de receptie toe en zeg dat ik eruit gestuurd ben. De mevrouw van de receptie geeft me een rood briefje en zegt dat ik buiten bij mijn lokaal moet wachten tot de bel gaat en de les dus afgelopen is. Ik ga bij het lokaal staan en denk na over Hunter. Ik besluit dat ik straks in de pauze aan hem ga vragen waarom hij gister zo raar deed. Eigenlijk lijkt gister zo ver weg. Maar dat komt natuurlijk ook doordat Joel en ik een hele tijd in Domino zijn geweest, voor ons gevoel was het tenminste lang. Zo denk ik nog een tijdje na over de wereld die ineens in mij muur verscheen.
Als ik even later het rode briefje aan de docent geef en ik mijn straf heb aanvaard (1 keer schoonmaken), besluit ik om maar op zoek te gaan naar Hunter voor een verklaring voor zijn gedrag van gister. Als ik door de gangen loop zie ik dat het rode shirt van Rick net om de hoek verdwijnt. Ik ren achter hem aan. Ik weet niet waarom ik dit doe, maar om een of andere reden voel ik me veel sterker dan gisteren. Als ik de hoek om ben bots ik tegen iemand op. Ik kijk op, recht in de ogen van Hunter. Ik voel gewoon dat ik vanbinnen smelt, net als de eerst keer dat ik hem zag. 'Alles goed?,' vraagt hij verward. 'Uhm.. Ja hoor.' Waarom doe ik toch zo. Ik haat hem. 'Dat klinkt echt heel overtuigend.' Hij raakt even mijn haar aan, maar haalt dan maar weer zijn hand weg. 'Caitlin, mag ik je iets vragen,' zegt hij terwijl hij naar de grond kijkt. Ik knik, niet instaat om iets te zeggen omdat ik nog steeds in zijn groene ogen staar. Hij lijkt even te twijfelen over wat hij gaat zeggen. 'Heb jij soms iets met Joel?' Ik kijk hem vragend aan. 'Waarom denk je dat?,' vraag ik terwijl ik hem verward aan kijk. ''Mike en Rick zeiden het tegen mij.' Hij kijkt me doordringend aan. 'En jij gelooft hun?,' vraag ik terwijl ik probeer weg te lopen. Hij pakt mijn arm beet en draait me om zodat ik weer recht in zijn groene ogen kijk. 'Caitlin is het waar?,' vraagt hij nu iets dringender. 'Nee, ik heb niks met hem, we zijn gewoon buren en vrienden, niks meer. En trouwens wat boeit het jou, nadat je me hebt laten mee slepen,' zeg ik terwijl ik alweer tranen in de hoeken van mijn ogen voel branden. Hij draait zijn hoofd van mij weg. 'Caitlin, het spijt me. Als ik had geweten dat jullie niks met elkaar hadden, dan had ik je echt niet laten mee slepen door hun.' Hij draait zich weer naar mij toe. 'Dan was ik nu degene die je eerste kus van je had afgenomen.'
Reageer (2)
go on I see you
1 decennium geledenYeeeh eindelijk weer een hoofdstuk snel verder ps ik vind joel veel leuker hunter is een klootzak al hadden ze wat met elkaar je laat een vriend toch nie mee slepen?
1 decennium geleden