012
Haar moeder stapte weer in. Cathy bleef stil zitten. Al kon haar moeder haar niet zien of horen, ze kon wel de deuk in de achterbank zien waar Cathy zat. Cathy kon aan haar moeder zien dat ze er niet goed uit zag. Ze leek wel een beetje krankzinnig te zijn geworden. Zouden het dan toch de pilletjes zijn? Haar moeder reed weg in de kleine rode auto en liet haar kleine Cathy in het weeshuis. Het was weer een lange rit en dit keer bleef Cathy wakker. Ze keek naar buiten. Dit leek helemaal niet op de stad waar het huis stond. En waarom reden ze zo snel? Waar ze reden mocht je maar 30 en zij rijden minstens 120. Cathy sprong voor de zekerheid toch maar uit de auto. Ze rende zo hard als ze kon de auto achterna. Het was bijna niet bij te houden. Ze raakte uitgeput en de auto verdween uit het zicht. Cathy liep rustig het pad af waar de auto had gereden. Het was makkelijk te volgen omdat er veel zwarte strepen op de weg zaten. Ze hoorde weer gerommel en even later ging het stormen. De wind waaide hard, maar Cathy moest weten waar haar moeder heen ging. Een heel eind verder waren de strepen gestopt. Ze stond midden op een brug. Het water stroomde snel. Er zat een gat in het hek. Het gat was zo breed als de auto waar haar moeder in zat. Haar moeder heeft zelfmoord gepleegd. Dat wist ze nu zeker. Verdrietig liep Cathy terug naar het huis.
Er zijn nog geen reacties.