Eleven.
Harry Edward Styles.
“Komaan, Harry!” Zuchtend keek ik naar Louis die al lachend zonder enig probleem over de rotsen van de berg sprong terwijl ik heel wat meer moeite had om omhoog te klimmen. Hoe hard ik ook opkeek naar de rest van de klim, ik wist dat Louis absoluut naar hier wilde komen en hoe kon ik na vorige nacht hem afwijzen. Ook was ik deels wel nieuwsgierig wat er boven de berg op ons stond te wachten.
“We zijn er bijna.” Hoorde ik de vrolijke stem van Louis boven me roepen waardoor ik een tweede zucht niet kon onderdrukken. Toch kroop ik terug naar boven met zeer moeite. Tegenover de prachtige jongen voor me was ik allesbehalve een sportieve persoon die iets afwist van muurklimmen. Ook met mijn hoogtevrees was dit niet bepaald zo ideaal voor me, maar veel keuze had ik niet.
Gelukkig bleek Louis gelijk te hebben met dat we er bijna waren want nog geen 5 minuten later stond ik veilig en wel boven aan de berg waar ik uitgeput tegen een steen aanleunde om toch maar op adem en vooral tot rust te komen, maar zoals altijd dacht Louis hier anders over.
“Kom.” Zei hij uit het niks en trok me zo snel als zijn voeten hem dragen konden naar een bos dat ik nog niet eens gezien had. Met moeite ontweek ik de bomen waar we voorbij liepen, maar kon uiteindelijk toch een paar stenen niet ontwijken waardoor ik met een luide smak op het zachte gras terecht kwam.
“Oh Harry!” Bezorgdheid was duidelijk hoorbaar in de stem van de vrolijke jongen die nu voor me op het gras geknield zat terwijl zijn handen mijn hele gezicht onderzocht naar enige wonde. Glimlachend door zijn gedrag kroop ik wat rechter en nam zijn handen voorzichtig vast in de mijne.
“Hoeveel ik ook van je hou, Lou, soms moet je echt onthouden dat ik een jongen ben die hier nog nooit is geweest en ook al niet zo sportief is als jou.” Probeerde ik hem uit te leggen dat dit voor mij niet altijd zo simpel was, maar voordat ik nog iets kon aan mijn uitleg toevoegen verdronk ik bijna in zijn helder blauwe ogen die me zo onschuldig aankeken.
“Het spijt me?” vroeg hij zacht, niet goed wetende hoe hij hierop moest reageren. Zacht gniffelend door zijn schattig gedrag drukte ik een vlinderkusje op zijn lippen om vervolgens weer recht te kruipen. Alleen leek Louis niet blij te zijn met het korte kusje want voor ik het wist lag ik terug op mijn rug in het zachte gras terwijl Louis zijn lippen gretig op de mijne plantte. Geamuseerd door zijn brute beweging beantwoordde ik zijn kus waardoor het niet lang duurde of we rolde al kussend door het warme gras.
“Ugh, jullie elkaar niet vermoorden!” Geschrokken vloog ik van Louis af toen er een nieuwe stem door de bomen weerklonk. Angstig keek ik om me heen, maar nergens zag ik iemand bewegen.
“Wij vermoorden elkaar niet! Wij houden van elkaar!” antwoordde Louis direct met dat kinderlijk stemmetje voordat hij recht sprong met zijn vuisten klaar ging staan om iemand aan te vallen. Gespannen door de hele situatie keek ik schichtig rond me heen, maar pas toen er een jongen met een pluim in zijn zwart haar vanachter me verscheen kon ik een roep niet onderdrukken.
“Jullie houden? Wat houden zijn?” vroeg de jongen met een duidelijke frons op zijn voorhoofd terwijl Louis zijn armen rond mijn borstkast sloeg waardoor ik nu op zijn schoot lag. Tegenover mij leek hij veel rustiger te zijn geworden nu dat hij zag wie voor ons stond.
“Dat je om iemand geeft.” Bekende Louis daarom op een zeer normale manier waardoor ik nu de persoon die fronsend naar hem opkeek. Hoe kon hij zo rustig zijn terwijl de jongen voor ons met een mes rondliep in zijn handen?
“Harry, dit is Dapper, hij woont hier een paar meter vandaan met de rest van de indianen.” Bekende hij met een brede grijns. Met grote ogen keek ik naar mijn geliefde die dit alles zeer grappig vond.
“Indianen?!” riep ik gelijk uit en schoot verbaast van zijn schoot zodat ik hem recht kon aankijken. “Meen je dat nu echt?”
“Heb ik ooit tegen jou gelogen?” vroeg Louis in zijn plaats, niet snappend waarom ik hem niet kon geloven. Hoofdschuddend draaide ik me van hem en probeerde mijn gedachten op een rijtje te zetten. Indianen, Piraten, Peter Pan, … Ik denk dat mijn hoofd ga ontploffen.
“Haz?” Een zachte kus op mijn wang zorgde ervoor dat ik wel genoodzaakt was om naar Louis op te kijken waardoor de jongen met een brede grijns naar me toeliep. “Je moet je geen zorgen maken. Ze zijn vrienden van me en zullen je nooit pijn doen.” Glimlachend kon een zachte lach niet onderdrukken doordat Louis dacht dat ik schrik had. Het was meer het feit dat ik al de wezens van de Peter Pan boeken zou tegenkomen, maar dat wist hij natuurlijk niet.
“Dat weet ik, Lou en zelfs al zouden ze me pijn willen doen zou je me toch beschermen?” vroeg ik geamuseerd en voor ik het wist stond Louis recht met zijn buik gespannen terwijl zijn handen rusten in zijn heupen, hopend om zeer sterk over te komen.
“Niemand komt aan mijn Harry.” Bekende hij en om zijn woorden kracht bij te zetten begon hij met zijn vuisten rond te zwaaien. Al lachend kroop ik recht en nam deze vast zodat hij zichzelf geen blauw oog zou slaan.
“Goed.” Bekende ik simpel en drukte mijn lippen voor de tweede keer op de zijne waardoor zijn gevaarlijke positie wegsmolt onder mijn aanrakingen.
Sorry voor het veel te lange wachten, maar ik ben serieus ziek geworden waardoor schrijven er niet echt in zat. Sorry daarvoor!
Reageer (12)
please schrijf snel verder
1 decennium geledenSchrijf je nog verder of niet? (:
1 decennium geledenNieuwe abo! Echt een geweldig verhaal <3
1 decennium geledenIedereen wil dat @ RandomnessXx, Iedereen!! xx
1 decennium geledenIk wil ook een Louis
1 decennium geleden