Dit verhaal gaat over iemand die zelfmoord wilde plegen.

Mijn hart klopte in mijn keel. Mijn mond was zo droog en pijnlijk als schuurpapier. Mijn benen voelden aan als twee klompen ijs. Mijn ogen waren zo rood gehuild als rode rozen. Mijn armen hingen slapjes langs mijn lichaam. Mijn hoofd voelde zo zwaar, zo ontzettend zwaar, dat ik met hem met moeite in bedwang wist te houden. Ook mijn oogleden voelden zwaar aan. Ik was zo ontzettend moe. Ze zakten bijna dicht. Alles in mijn lichaam deed pijn. Ik wilde weg hier! En wist 1 manier. Dan was ik gelijk van alles af. Dan was alle pijn weg. Hap. Slik. Weg. Alles was dan oké. Niemand had last van me. Niemand miste me. Mijn laatste woorden waren opgeschreven met een rode pen. Rood. De kleur van bloed. Bloed. Datgene wat straks uit mij zal spuiten als een tuinslang. Maar ik gaf er niets om. Niemand gaat me missen. Ik reed weg. Weg. Weg van alles. Van alles en iedereen. Nog 1 keer keek ik achterom. De laatste keer. Mijn tranen proberen in bedwang te houden want hij klopte als een gek. Eindelijk was ik er. Overal kwamen mensen vandaan. Ik keek voor me en liep naar het spoor. Die spoort niet! Hoorde ik roepen. Het deed me niets. Ik ging liggen. Hoorde de treinbelletjes rinkelen. Mensen riepen en ik hoorde bange kreten. Iemand wilde me van het spoor halen, maar ik protesteerde tegen. Het is beter zo! Riep ik. De trein werd groter en groter. Kwam steeds dichterbij. Ik hoorde het toeteren van de trein. Ik sloot mijn ogen voor de laatste keer. Om me heen bange kreten, nog steeds. Mensen in paniek. Het deed me niets. De afstand tussen de trein en mij werd korter. 20 meter, 10 meter, 5 meter. Eindelijk was de trein er.

Smiley1452

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen