Hoofdstuk 20: Bijna weekend
Ik liep naar de deur en keek even in de gang om te zien of er iemand liep. Ik zag niemand en deed de deur dicht. Ik liep naar de grote houten deur en deed hem voorzichtig open. Ik liep naar mijn bureau pakten mijn spreuken boeken en de vijf boeken van de verboden afdeling en liep snel naar binnen. Ik deed de deur zachtjes achter me dicht en stond nu in een hele grote open kamer. In de kamer waren allemaal spiegels en er was aan de achterkant van de uur een openhaard. Ik keek om me heen en de kamer was heel mooi open. Ik liep naar de zijkant waar tafels in een rijtje achter elkaar stonden met glazen vazen erop. Ik legde mijn boeken op de tafels en sloeg het eerste boek open. Ik stond nu in het boek te lezen, maar had echt de neiging om te gaan zitten. Ik liep naar achteren en toverde een stoel. Ik liep weer naar voren en ging op de stoel zitten. Ik las ongeveer een pagina of 20 en toen pakte ik het boek van Hermelien. Ik sloeg het boek open en begon op de eerste bladzijde. Ik begon met de eerste spreuk. Ik bladerde gewoon wat door het boek en deed elke spreuk die ik tegen kwam, maar toen kreeg ik echt een geweldig idee. Ik ga gewoon alle spreuken in een zon klein pocket boekje schrijven en dan heb ik de spreuken altijd bij me.
Na een uurtje ongeveer had ik de helft van het boek al overgeschreven en moest de andere helft nog. Ik deed het boekje dicht en begon eens met spreuken oefenen. Ik stond nu in het midden van de kamer en keek om me heen. Als ik wil oefenen met de elementen moeten ze er wel zijn. Ik pakte mijn toverstok en toverde vuur, water, aarde en lucht in de kamer. Oké, lucht is moeilijk te toveren, maar het was wel aanwezig in de kamer. Het was ongeveer half 4 toen ik begon met oefenen. Toen ik klaar was met oefenen, of in ieder geval er genoeg van had, liep ik de deur uit mijn kamer binnen. Toen ik de grote deur weer dicht deed verdween de kamer. Ik borg mijn sullen op en liep naar de woonkamer waar ik op de klok keek. Het was nu half 6.
Ik liep naar de keuken, omdat ik een lekker geur oppikte in de huiskamer. Toen ik de keuken binnen kwam zag ik mijn moeder in de keuken koken. Waar is papa, vroeg ik. Mijn moeder wees in de tuin en ik liep de keuken uit. Ik ging de gang weer in en via mijn deur in mijn kamer ging ik naar de tuin. (Ieder kamer in het huis heeft namelijk een eigen deur naar de tuin) Mijn vader was bezig met een paar plantjes in de aarde aan het zetten. Ik liep naar hem toe en ging naast hem staan. Het leek net alsof hij me niet zag. Ik pakte een plantje en ging hem helpen met ze in de aarde te zetten. Toen alle plantjes in de aarde stonden gaf mijn vader me een grote knuffel en liep voor me uit naar binnen. Toen we binnen kwamen stond het eten al op tafel en ik ging snel mijn handen wassen. We zaten nu met zijn drieën aan tafel en mijn moeder vroeg: Wat stond er nou in de brief? Ik keek haar aan en zei met volle mond: Dat er één week staking was weg gevallen. Mijn moeder knikte en ging weer verder met eten. Voor de rest hebben we niks over school gezegd over geen enkele school. Het was ergens wel heel jammer dat ik maandag weer naar school moest, maar ook weer heel leuk. Dan kan ik weer naar mijn vriendinnen toe.
Toen we klaar waren met eten moest ik helpen met de tafel afruimen. Na dat de tafel weer leeg was ben ik naar mijn kamer gegaan en heb ik mijn laptop opgestart. Ik ging naar msn om te kijken of ik nog mailtjes had. Ik had er wel een paar, maar dat waren allemaal van die reclame mailtjes. Ik wou net mijn msn weer afmelden toen een vriendin begon te praten tegen me. Ik opende haar gesprek en schreef wat terug. Ze vroeg of ik kon video chatten en ik vond dat goed en accepteerde de uitnodiging. Ze kwam in beeld en we begonnen een gesprek. Hey Joyce, zei ik, heb jij ook die brief gehad over de staking? Joyce knikte en zei: Ja echt stom, in plaats van een week langer staking een week korter. Wie verzint nou zoiets? Joyce begon nog harder met haar hoofd nee te schudden en ik begon alleen maar harder te lachen. Ik pakte mijn toverboek erbij en ging weer verder met de spreuken overschrijven. De stilte duurde tien minuten en toen verbrak Joyce de stilte met: Wat vind jij eigenlijk van Steffen? Jij bent tot nu toe de enige die naast hem heeft gezeten en met hem gesproken hebt. Ik voelde mezelf warmer worden en had gehoopt dat die vraag nooit zou komen. Ik keek weer in mijn boek en zei: Nou ja, ik heb niet echt met hem kunnen praten. Het was een gewone kennismaking opdracht voor de rest niks. Maar je was toch ook met hem in de stad of niet, vroeg Joyce weer. Mijn hart sloeg op hol. Ik kon haar niks vertellen over Steffen zijn grote geheim en ik kan ook niet tegen haar liegen, ze was een van mijn beste vriendinnen. Ja, ik was onderweg naar huis en toen kwam ik hem tegen, zei ik zachtjes. Joyce knikte en ging weer verder met haar huiswerk.
Ongeveer een half uur later zei Joyce dat ze moest gaan en sloot msn af. Ik sloot ook mijn computer af en borg mijn boeken ook op. Ik keek op de klok en tot mijn schrik was het al half 12. Ik maakte me klaar voor bed en ging slapen.
Er zijn nog geen reacties.