Foto bij The Story of Moon deel 22

Moons POV & ARONS POV.

Moon deel 22

Arons POV.

Uit schrik was ik meteen de kast in gesprongen. Ik keek door de gleuf heen, die in de gehouten kledingkast zat. Langzaam kwam de persoon binnen en deed het licht aan. Het was haar moeder. Meteen viel een last van mijn schouders af. "Oh weltrusten Moon" zei ze en deed het licht uit. Ik hoorde haar nog net mompelen "Ik dacht toch echt dat ik stemmen hoorde ". Ze sloot de deur, en ik hoorde haar van de trap aflopen. Ik kroop uit de kast en stopte Moon in. Ik kroop naast haar en begon na te denken over alles wat wij hadden meegemaakt..

Moons POV.

Ik werd wakker door het weekend licht. De warme stralen verwarmde mijn gezicht, en irriteerde mijn ogen. Zodat ik ze open zou doen. Het ijskoude lichaam dat gisteravond naast me lag, was er niet meer. Ik ging recht op zitten en keek om me heen. Hij was nergens. Op dat moment ging de deur open, en kwam Aron binnen met een warme wafel, waarbij het water in mijn mond liep."Goedemorgen lieverd" zei hij, en ging op het bed zitten. " Aron ! " riep ik en omhelsde hem, mijn tranen gingen hun eigen weg. " Ik heb een wafel, je hoeft niet te huilen hoor " zei hij, en gaf me een knipoog. "Sorry, maar ik kan het nog steeds niet geloven, geloven dat jij hier bent." hij gaf me de wafel en een kus op mijn mond, zo teder, dat mijn hart - die er heel lang niet meer was geweest dacht ik - weer ging kloppen. Ik begon gulzig aan mijn wafel, toen ik ontdekte hoeveel honger ik had. " Heb je je vader nog gezien?" "Nee. Ik zag wel schimmen op straat, en schrok ook dood toen je moeder je kamer binnen kwam" zei hij grinnikent. "Oh, " ik sloeg mijn hand voor mijn mond " Heeft mijn moeder je gezien?" vroeg ik. Ik kon aan zijn blik zien, dat ik heel erg verschrikt keek, want hij keek snel weer sirieus. "Nee, zoals je weet, ben ik een harde renner, en goede verstopper" zei hij lachend. "Haha" zei ik, en begon weer aan mijn wafel. "Hapje?" vroeg ik. " Nou, ik eet niet, weet je nog? " zei hij. "Oh ja. " zei ik en gaf hem een por. "Is het goed als ik me even omkleed en ga douchen?" " Ja, haast je niet hoor. " "Oké " ik liep naar de badkamer en waste mijn haar even en deed er conditioner in en droogde me af. Toen ik weer mijn kamer binnenkwam, zat Aron nog precies hetzelfde. "Is er iets? " vroeg ik verschrikt. "Een paar geluiden die me afleiden." zei hij fluisterend. " Moet ik weggaan? " vroeg ik snel. " Nee, nee blijf hier! " beval hij terwijl hij mijn hand pakte. Ik hoorde een klap. Met een flits keek ik naar het raam. De vader van Aron zat tegen het raam gedrukt, en keek dorstig naar mij. Toen ik knipperde was hij weg, Aron zag het ook. "Ik-ik zag hem" schreeuwde ik en begon te huilen. " Ik ook, stil maar, stil maar." suste hij. "Wat moet ik nou doen" stotterde ik. "Jij moet niks doen Moon, ik bescherm je." "Dit is allemaal mijn schuld! Als ik er niet was, dan had jij nog gewoon bij je vader kunnen wonen, en dan zou hij jou ook niet willen vermoorden" schreeuwde ik. "Als ik jou niet had ontmoet, had ik nooit de ware liefde gekend Moon." zei hij. Een traan gleed over mijn wang. Hij kuste hem weg, en zoende me op mijn mond. Een zoen van puur verlangen, dat hij me nooit meer kwijt wilde. "Ik hou van je " huilde ik. Hij gaf me een knuffel. "Wanneer ben je voor het laatst getransformeerd?" vroeg hij. " Een paar weken geleden, voor het laatst toen ik jou gezien had. " " Dan moeten we daar maar weer is wat aan doen, als weerwolf moet je in topvorm blijven." " Het is niet eerlijk, als weerwolf heb je het zo moeilijk!" zeurde ik. Hij legde zijn vinger op mijn lippen. "Zeg dat nooit meer! " ik keek hem vragend aan? Wat bedoelde hij? "Je weet niet hoe zwaar het is, om altijd vampier te zijn. Jij hoeft je alleen te transformeren, en als je dat niet doet, zit je gewoon in je gewone leventje." zei hij. Ik knikte, hij had wel gelijk. Ik moest niet zo zeuren. Hij moest veel meer verdragen dan ik. We renden samen de deur uit, naar het strand. Het was alweer lente geworden en de volgens floten zo vrolijk, dat ik dacht dat ze een liedje hadden ingestudeerd. Als mens kon ik ook hard rennen, minder hard dan als ik was getransformeerd. Maar toch sneller dan een echt mens. Ik rende naar Aron toen, maar door mijn klungelligheid struikelde ik. Gelukkig was Aron net op tijd om me op te vangen, want anders had ik een behoorlijke smakkerd gemaakt. "Dankje" mompelde ik, en gaf hem een zoen. "Moon, je moet je transformeren, we gaan richting het bos." "Oh oke." Aron bleef voor me staan, alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Dit strand was zoals altijd verlaten, ik was meestal de enige die hier rond spookte. Behalve in de zomer dan, dan was het er super druk. Ik dacht aan Arons vader, hoe graag ik hem wilde vermoorden, zodat Aron en ik voor altijd gelukkig zouden kunnen leven. Zoals normaal begon ik weer te trillen, en zoals altijd voelde ik een enorme hitte van binnen komen, een hitte die naar buiten wilde. Ik schreeuwde het uit, en al gauw, was ik de prachtige witte wolf met bruine ogen. Aron wenkte me, en begon te rennen. Ik rende achter hem aan, de hoeveelheid bomen, werd een lange zwarte muur. Ik voelde me een met de natuur, ik vond het geweldig om te rennen. Ik had dit gemist. Ik zag Aron niet meer besefte ik. Ik remde af en stond in een heideveld, midden in het bos. Ik keek om me heen, in de verte zag ik wat staan, en begon er heen te rennen. Ik rende met een klap tegen iets aan, ik keek omhoog. En besefte dat dit geen Aron was..

Reageer (5)

  • trutje88

    spannend:D

    1 decennium geleden
  • EsteeM

    Wauw!! (L)

    1 decennium geleden
  • Lonn90

    oeeeh vetjes:D

    1 decennium geleden
  • FireGirl

    spannend(H)(H)

    1 decennium geleden
  • ITwizz

    super again (A)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen