Chapter 8: Liam James Payne
Ik zat met mijn ogen gesloten in de badkuip, genietend van het water, ook al was het niet bepaald warm. Ik was best wel dankbaar dat Louis de waterleiding extra voor mij gemaakt had, terwijl ik eigenlijk hartstikke rot tegen hem gedaan had. Deze familie leefde zo arm, en dan ontvingen ze ons ook nog eens met open armen, alsof ze financieel niets te klagen hadden. Wat kregen ze ervoor terug? Twee verwende nesten die alleen maar konden mekkeren, een moeder die constant zat te zaniken op haar kinderen, een vader die er maar wat nors en gesloten bij zat, die totaal niet openstond voor hun liefde, en mij. Ik, die maar met de rest van de stroom meevoer. Ik reek uit naar de stop om deze eruit te trekken, toen er zachtjes op de deur geklopt werd.
"Ik ben het maar," herkende ik Louis' stem.
"Wat is er?"
"Ik wil je vragen de stop er alsjeblieft niet uit te halen. Ik wil ook nog even een... bad nemen, want ja, ik heb al heel lang geen bad meer genomen."
"Wie ben jij om dat van me te vragen? Mijn vader? Je kunt het toch opnieuw vullen?" Ik stond op en liet het water van mij afdruipen. Ik twijfelde of ik de stop er wel of niet uit zou trekken.
"Alsjeblieft, Liam, ik smeek het je. Ik weet dat je het waarschijnlijk smerig vindt, maar als ik het opnieuw moet laten vullen dan leidt dat alleen maar tot onkosten. Wij kunnen ons nu eenmaal niet veel permitteren, al zeker niet met nog vijf personen erbij in het huis."
Ik zuchtte, stapte uit bad, pakte een handdoek en droogde me af. Toen ik volledig aangekleed was, liep ik langs Louis door, zonder ook maar één woord te spreken.
"Dankjewel," hoorde ik Louis oprecht zeggen.
Ik sloot mijn ogen. Waar was ik eigenlijk mee bezig? Ik was zo onbeleefd nu. Ik moest hen laten zien wie er hier de baas was, maar ik stelde me op als een of andere, hopeloze puppy, de schoft dat ik was. Wat moesten deze mensen wel niet van me denken? Wat moest mijn vader wel niet denken? Louis bracht me zo erg door de war. Het leek alsof het hier precies de tegenovergestelde wereld was als bij mij thuis. Mijn afgebrande thuis. Ik had geleerd gekregen, te schreeuwen als ik iets wilde. Ik moest hardhandig zijn, wilde ik iets bereiken. Ik moest discipline hebben. Sociale contacten mocht ik me niet voor openstellen. Mensen waren niet te vertrouwen, je moest voor jezelf opkomen en vooral niet aan de belangen van anderen denken. Liefde, medelijden, spijt, vriendelijkheid; al deze woorden begrepen wij de definitie niet van. Liegen was een keuze voor je eigen bestwil. Knokken was voor je eigen plezier. Kwetsen was macht. Alles uit ons huis bestond uit dure technologie; goed bewaakt. We kregen nooit visite, familie hadden we nauwelijks contact mee. De buitenwereld was voor ons niet belangrijk. Woorden als 'klootzak', 'lul', 'bitch', 'trut' waren onze koosnamen. Terwijl in dit huis was iedereen zo dankbaar en ongedisciplineerd. Ze spraken met het woord 'alsjeblieft' wanneer ze iets vroegen, zeiden 'dankjewel' als we ze een dienst verrichten. Ze noemden hun kinderen 'liefje, schatje of dergelijke woorden waarvan ik de betekenis niet precies kende. Tedere aanrakingen werden er geaccepteerd. Ze sloegen elkaar nooit, leek het wel. Ze spraken ook zo ontzettend zacht. Hoe moest een opa dat kunnen verstaan? Wij mannen hadden toch niet voor niets zo'n zware stem gekregen? We moesten de vrouwen de stuipen op het lijf jagen, laten zien wie er de baas was. Anders gingen ze nog een keer hun eigen wil volgen, dat was uiteraard niet de bedoeling. Het kwam op mij zo ontzettend onbeschoft over, maar voor hun leek het doodnormaal te zijn.
"Liam, liefje, ik heb je bed alvast klaargemaakt." Mevrouw Tomlinson lachte me vriendelijk toe. Ik walgde er gewoon bijna van.
"Dank je.." Ik slikte tussendoor. "Wel?" Het kwam er niet echt wat je noemt overtuigend uit. Natuurlijk niet. Het was toch hartstikke onbeleefd? Haar glimlach verdween echter niet van haar gezicht. "Graag gedaan."
Graag gedaan? Wat was dat nou weer voor antwoord?
"Ehm, ja..." Met een ongemakkelijk gevoel liep ik de kamer op. Mevrouw Tomlinson volgde me op de voet, iets dat me uitermate irriteerde. "Wil je me alsjeblieft niet overal naartoe volgen? Je bent mijn hond niet! Zoek toch een eigen leven." Zo, mijn barbaarse gedrag weer hersteld.
Ze keek me even geschokt aan. "Ik wilde je alleen maar even vragen, ehm.. Je vindt het toch niet erg een bed met mijn zoon Louis te delen?"
Reageer (7)
die laatste zin klon kheel erg verkeerd in mijn hoofd
1 decennium geledenDie laatste zin.. Ik vatte hem eventjes anders op haha.
1 decennium geledenSnel verder, en ik heb trouwens geduld voor deze story.
Liam was goed op weg, jammer dat 'ie het weer moest verpesten door haar zo aan te vallen.
1 decennium geledenJe schrijft echt heel mooi.
X
Die laatste zin klonk best wel verkeerd O.O
1 decennium geledenLIAM WEES NOU EENS AARDIG!!!!!!!!!!!!
1 decennium geledenLou's moeder is zooooooooooooooooooooooo aardig!!!!!!
SNEL VERDHAAAAAAAAAAAAAAHHHRR!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!