Elisabeth Morgen.
Zenuwachtig keek ik rond me heen terwijl ik van de veerboot afstapte. Het was al sinds het moment dat ik uit mijn appartement was vertrokken vrij moeilijk geweest om voorbij al de security die Cowell had gezet te geraken, maar hij vergat soms dat ik hem veel te goed kende om me zo gemakkelijk te laten vangen.
Ik had ook lang getwijfeld of ik zou sturen naar Sienna, maar ik voelde me schuldig om niks te zeggen tegen haar. Ze was uiteindelijk mijn beste vriendin. Ik was al blij dat ze niet overhaast naar hier toe kwam, schrik dat ik uiteindelijk geen enkele kans zou maken om bij Harry te geraken. Gelukkig hield ze zich altijd aan haar woord en kon ik me rustig focussen op mijn missie.
Met mijn rugzak stevig tegen mijn rug geklemd liep ik door het kleine dorpje waar alles vrij normaal leek. Toch kon ik vanaf een bepaald punt spanning voelen bij een paar mensen die voor een gebouw stonden. Fronsend keek ik op een afstand toe en zag zo een vage herkenning van de mannen. Van waar ik ze kende kon ik niet direct zeggen, maar het feit dat het mensen waren die ons team kende leek dan wel weer waar te kunnen zijn.
Zo onopvallend mogelijk liep ik naar het gebouw ernaast en besloot om binnen te glippen. Gelukkig bleken de mensen die hier normaal woonde niet thuis te zijn dus geraakte ik op mijn gemak tot op zolder waar ik met zo op het dak zou kunnen kruipen. Maar voordat ik ook maar een volgende beweging maakte richting het huis tegenover mij, besloot ik om mijn gewone kleren om te wisselen in zwarte nauw aansluitende kleren en een muts waar ik al mijn blonde lokken in probeerde te verstoppen. Mijn handen waren verstopt met lederen handschoenen waar ik achter mijn bandjes rond mijn pols een mes kon verstoppen. In mijn broekzakken stopte ik een pistool en in mijn zwarte laarzen verstopte ik mijn gsm.
Na nog wat zoeken in mijn zak besloot ik op een tweede pistool vast te nemen in mijn handen voordat ik het dak opliep. Tegenover het dak op ons werk was deze puntig en lagen de donkere rode dakplaten niet zo stevig tegen de balken geplakt. Daarom duurde het eventjes voordat ik mijn positie achter de schoorsteen kon innemen. Voorzichtig en bedachtzaam keek ik toe vanaf mijn plaatsje naar het andere dak dat tegenover deze helemaal plat was. Eén man liep gewapend heen en weer op het dak waardoor ik zo kon afleiden dat Harry hier moest zijn. Zuchtend keek ik naar de man die niet veel ouder dan 25 moest zijn en beet gelijk op mijn lip toen ik besefte dat er maar één manier was om op hun dak te geraken. Met spijt in mijn hart kroop ik wat meer recht en schoot zo makkelijk de jongen zijn hart. Met een pijnlijke kreet viel hij achterover en viel ze vanaf de rand naar beneden. Hoe graag ik mijn job ook deed, ik was nooit echt iemand geweest die van doden hield.
Met moeite kroop ik van mijn dak af en sprong ze ver ik kon tot mijn voeten het andere dak veilig en wel aanraakte. Wantrouwig keek ik om me heen terwijl ik mijn pistool stevig in mijn handen hield. Gelukkig maar want voor ik het wist stond er opeens een tweede man voor mij. Geschrokken keek ik hem voor een seconde aan om hem vervolgens recht door zijn hoofd te schieten. Het nadeel aan mijn nieuwe schot was dat de deur naar beneden open stond en dat waarschijnlijk haast heel het gebouw mijn schot gehoord zou hebben.
Zo snel als ik kon vloog ik naar binnen en liet me langs de reling naar beneden glijden terwijl ik mijn pistool stevig mijn hand hield. Zoals ik verwacht had kwamen er inderdaad nieuwe gewapende mannen naar boven, maar door mijn goede opleiding lukte het me iedere keer om ze uit te schakelen. Pas toen mijn voeten de koude vloer terug raakte had ik door dat dit allemaal veel te makkelijk was gegaan.
Ik had nog maar één stap gezet richting de deur voor me of ik voelde hoe een hard voorwerp tegen mijn hoofd werd gegooid. Kreunend van de pijn liet ik me vallen op de grond en raakte hierdoor mijn wapen kwijt. Achter me hoorde ik hoe iemand naar me toe wandelde en mijn andere wapens met gemak uit mijn kleren trok. Zelfs mijn gsm verdween uit mijn laars. Deze mannen kende ons wel heel erg goed, precies.
Versuft door de slag probeerde ik recht te kruipen, maar werd gelijk door een zware laars weer op de grond geduwd. Wetende dat ik nu zeker geen kans kon maken, sloot ik mijn ogen en wachtte geduldig tot de man me door mijn hoofd zou schieten, maar in de plaats nam hij mijn muts vast en trok deze hardhandig uit. Fronsend door deze actie probeerde ik naar mijn aanvaller te kijken, maar kreeg gelijk weer een klap tegen mijn hoofd.
“Breng haar naar de andere gevangenen.” Hoorde ik een zeer bekende stem zeggen, maar ik kon er alleen geen naam of persoon op plakken. Mijn hoofd deed veel te veel pijn van de slagen dat ik al had gekregen om ook maar nog te kunnen nadenken.
Een paar stevige armen heften me op en droegen me op een rustig tempo richting een donkere ruimte. Voor ik het wist werd ik hardhandig op de grond gegooid en werd er een dikke zware deur achter me dicht getrokken.
“Liz?” Vechtend tegen de hoofdpijn opende ik mijn ogen en zag zo hoe Harry met bange ogen recht naar me toe gelopen kwam om me vervolgens recht in zijn armen te nemen. Zijn handen streken troostend door mijn haren heen terwijl zijn ogen elk stukje van mijn lichaam onderzocht op één of ander letsel.
“Harry, wie zijn die mensen?” vroeg ik zacht terwijl Harry me dichter tegen hem aandrukte toen zijn screening over was. Een zorgelijke blik verscheen in zijn ogen voordat hij een zachte kus op mijn voorhoofd drukte.
“Misschien is het beter dat ik je dit nu niet vertel.” Fluisterde hij tegen mijn huid aan, maar koppig schudde ik mijn hoofd. Ik moest en zou weten wie de opdracht geven was van dit alles. Een diepe zucht verliet Harry’s lippen voordat hij me diep in mijn ogen aanstaarden.
“Het is je vader, Liz.”
Reageer (1)
OMGF spannend nu snel verder schrijven(lol)
1 decennium geleden