Hoofdstuk 137
Yuna
Ik kijk net als Ben naar Jack en het meisje die samen aan het lachen zijn. Ineens hoor ik een stem vragen of ze niet moet werken. Meteen is de lach verdwenen en staat ze op.
Jack praat ondertussen nog even met haar en na een tijdje komt hij met een grijns terug bij ons zitten.
‘Waar is die grijns voor nodig?’ vraagt Ben als Jack niks zegt en voor zich uit blijft staren.
‘Moet je dat vragen, die blik zegt toch genoeg?’ zeg ik lachend.
Ben kijkt Aiden aan en ook die begrijpt het niet helemaal.
‘Jullie gaan met z’n drieën maar met Savan op huizenjacht. Want Sandra is vanmiddag vrij’ zucht hij.
Voordat we daar verder op in kunnen gaan komt Savan binnen en loopt meteen onze kant op.
‘En goed de nacht door gekomen?’ vraagt hij terwijl hij bij ons komt zitten.
‘Zeker’ zegt Jack afwezig. En ik kijk hem hoofdschuddend aan.
‘We zijn er klaar voor’ antwoordt Ben die al overeind komt.
Ook Aiden en ik doen het zelfde en voor we het weten hebben we Jack achter ons gelaten en lopen we door de rustige straatjes.
Op een pleintje word het wat drukker, dit is dan ook de plek waar Savan blijft staan en zich naar ons toe draait.
‘Hier staat een huis wat al een paar maanden leeg staat’ legt hij uit.
Ik kijk Aiden aan die om zich heen kijkt. De uitdrukking op zijn gezicht zegt dat hij het niet echt wat vind.
‘Ik geloof dat we dit misschien iets te druk vinden’ antwoord ik zonder Savan aan te kijken.
Aiden knikt een keer. ‘Als het kan iets meer rust’ vult hij aan.
Savan knikt een keer begrijpelijk en leid ons naar een rustiger stuk aan de rand van het dorpje. Na een klein stukje het bos in te zijn gelopen komen we bij een klein en gezellig huisje uit.
De uitdrukking op het gezicht van Aiden klaart gelukkig op. Dat is mooi, aangezien ik het hier best prettig vind.
Savan laat ons voor gaan om binnen te kijken. Ben en hij blijven nog buiten staan om iets te bespreken.
Binnen ziet het er op zich best leuk uit, er moet hier en daar wat aan gebeuren maar dat zal vast niet zo’n probleem zijn.
‘Het ziet er goed uit’ zegt Aiden die ik nog net de trap op zie lopen. Snel loop ik achter hem aan en open een van de deuren.
Als we uiteindelijk weer naar beneden lopen zijn we allebei tevreden. Er zijn twee slaapkamers en er zit een kleine keuken in. De woonkamer is lekker ruim en het is er lekker licht.
‘Ik geloof dat dit een goede plek is voor ons’ zegt Aiden zachtjes. Ik loop naar hem toe en geeft hem een kus.
‘Ik geloof het wel ja. Het ziet er goed uit en het dorp is niet ver weg’ antwoord ik zachtjes. Ik voel hoe Aiden een arm om mijn middel slaat en me tegen zich aan drukt net voordat hij zijn lippen op de mijne drukt wordt de deur open gegooid en staat Ben te grijnzen.
‘Betrapt!’ roept hij dan ook.
Ik schud mijn hoofd een keer en Aiden laat me weer los en gromt wat. Ik kijk de twee aan en kan alleen maar met een lach op mijn gezicht blijven kijken.
‘Ik geloof dat dit het word of niet?’ zegt hij geïnteresseerd.
‘Dit is perfect. Ik ben als ik wil van jouw en Jack af. En dat scheelt al veel’ zegt Aiden lachend.
‘Er moet alleen nog wat aan gedaan worden, maar het ziet er goed uit’ zegt Ben die om zich heen kijkt.
‘Maar dat is niet echt een probleem toch?’ vraag ik.
‘Nee hoor, maar dat wil zeggen dat Aiden nog niet van ons af is’ grijnst Ben naar Aiden die er ook wel om kan lachen.
Reageer (1)
JAAAAA Dit huis klinkt perfect! C:
1 decennium geleden