Hoofdstuk 136

Aiden
Het is nog vroeg wanneer we allemaal beneden aan tafel zitten in de bar. Yuna heeft een bord vol met eten besteld en Ben na een lange tijd ook weer. Hij komt aanlopen met een bord vol met vlees en zet het voor zijn neus neer op tafel. De heerlijke geur van rouw vlees komt mijn neus binnen en ik begin bijna te watertanden.
‘Krijg je ook zin?’ grijnst Ben en stopt een stuk vlees in zijn mond.
Een rilling trekt over mijn rug wanneer het bloed op zijn mond zit. Yuna lijkt het niet te merken en eet gewoon verder haar bord leeg. Ik kijk Jack aan en zie de zelfde blik in zijn ogen als bij mij. Dan kijkt hij me aan en knikt een keer naar me. Ik sta op van de tafel en loop naar de bar toe. Ik vraag aan de vrouw achter de bar waar we ergens kunnen gaan jagen en ze zegt me waar. Ik bedank de vrouw en loop dan naar de deur toe waar Jack al staat te wachten. Ben en Yuna lijken niet eens in de gaten te hebben dat we weggaan.

‘Het is een elf!’ roep ik bijna naar Jack.
‘Ja. Heb je daar problemen mee?’ vraagt hij.
‘Ik ga mijn tanden niet in een elf zetten! Dat kan ik niet meer sinds Yuna er is!’
‘We gaan wel verder’ zucht Jack met moeite en scheurt zijn blik los van de vrouw.
Hij laat nog even een kwade grom los en schiet dan weer weg tussen de bomen. Ik zucht ook en ga dan achter hem aan. Ik kan hem nu maar beter niet kwijt raken. Na een paar minuten heb ik Jack gevonden. Hij zit in een boom heel hoog boven mijn hoofd en kijkt ergens naar. Ik klim de boom in en ga naast hem op een andere tak zitten.
‘Daar’ zegt hij en wijst naar een man een goede 10 meter verder.
‘Die is maar alleen’ zeg ik verwonderd.
‘Ja. Is dat erg dan?’ en hij kijkt verbaast op.
‘Ja natuurlijk! Moeten we hem delen dan?’ en ik ga op een andere tak zitten.
‘Ik zag hem eerst!’ gromt Jack en gaat vlak voor mijn neus zitten.
‘En wat moet ik dan?!’ grom ik naar hem.
‘Je zoekt maar een ander!’ en hij laat zijn tanden zien.
Ik schrik van zijn reactie en val uit de boom naar beneden. Met een plof val ik op mijn rug en alles begint te draaien.
‘Aiden, alles goed?’ en met een plof land Jack naast me.
‘Ja het gaat wel’ en hij helpt me weer overeind.
‘Ik had niet zo tegen je mogen doen. Het komt allemaal door dat vlees’ jammert hij.
‘Je mag die man hebben. Ik wil hem niet met zijn alcohol’ en ik klop het zand van me af.
Jack schiet weg voor ik het in de gaten heb en wanneer ik bij hem kom ligt de man al bewusteloos op de grond. Jack veegt zijn mond af en kijkt me voldaan aan.
‘We gaan terug. Ik ga vanavond wel een keer jagen’ zeg ik en draai me om, om te gaan.

‘Waar waren jullie?’ vraagt Yuna me ongerust en vliegt me om mij nek.
‘We zijn gaan jagen, alleen heeft Aiden niet gevangen’ zegt Jack een beetje somber.
Meteen laat Yuna me los en zet een stap naar achter.
‘En wat nu?’ onderbreekt Ben ineens.
‘Ik ga vanavond wel’ zeg ik snel en ga zitten aan de tafel.
‘Heeft iemand Savan al gezien?’ vraagt Jack en kijkt wat rond.
‘Savan komt er zo aan’ zegt het meisje dat hier gister ook was en Jack staart haar weer aan.
Verbaast kijk ik hem aan. Zijn ogen glinsteren helemaal en zijn weer rood van kleur. Het meisje ziet het maar lijkt er niet van te schrikken. Ze loopt weer naar de bar toe en kijkt nog een keer naar Jack. Dan pas zie ik dat haar ogen ook rood zijn en in een schittering zie ik twee hoektanden. Ze is dus ook een vampier. Jack lijkt helemaal op te beuren en loopt naar haar toe.
‘Wat heeft hij?’ vraagt Ben en kijkt hem na.
‘Die is verliefd op dat meisje daar’ en ik knik naar haar.
Ben kijkt verbaast om naar het meisje en ze zit samen met Jack aan de bar te lachen.
‘Moet jij niet werken?’ zegt de vrouw achter de bar dan ineens en het meisje schrikt.