7. Death
-2-
Kiara en Rex zijn aangekomen in het dorp. Iedereen rent door elkaar heen. ‘ga jij de mensen kalmeren en help, dan jaag ik de wolven weg. Kom, schiet op!’ Roept Rex en hij verdwijnt tussen krioelende mensen. Kiara blijft alleen achter en voelt zich hopeloos verloren tussen de rennende menigte. Alles ligt overhoop. De kraampjes, de tafeltjes en de stoelen zijn omgevallen. Bierglazen liggen kapot op de grond en zelfs het wiegje van Tamara is omgevallen. Gelukkig ziet Kiara een vrouw staan die Tamara vast heeft en de kleine baby een beetje probeert te kalmeren wat nauwelijks lukt. De vrouw laat de baby bijna vallen als een wolf langs haar heen glipt. De vrouw begint te rennen met nog steeds de baby in haar armen. Wat een chaos. Kiara hoort iemand gillen. Ze hoort de doodsangst in de stem. Mensen rennen naar een hoek toe. Nu staan er twee groepjes en sommige mensen rennen nog steeds. Het is net de varkensstal van boer Wim, zijn varkens zijn ook altijd door het dolle heen als ze voer krijgen, maar nu krijgt er helemaal niemand voer, behalve die wolven dan… Kiara rilt bij de gedachte dat de wolven een mens verscheuren als avondmaal. Ze weet dat samenwerkende wolven binnen een paar minuten een sterk, gespierd hert in flarden kunnen scheuren. Kiara ziet twee wolven om Rex heen staan. Die zijn opeens heel rustig en lopen met Rex naar de derde wolf die nog wild aan het rondrennen is. Als die wolf Rex ziet, wordt ook die wolf weer rustig. Kiara staat ervan te kijken. Hoe zou Rex dat doen? Rex en de wolven lopen langzaam naar het bos. Dan herinnert Kiara de twee groepen weer die nog steeds van afgrijzen staan te gillen. Ze gaat kijken wat er is gebeurd. Bij de eerste groep ziet ze een man op de grond liggen. De man bloedt. Heel erg zelfs. Kiara krijgt er de rillingen van. ‘hij is gebeten in zijn schouder! Hij verliest heel veel bloed en moet snel naar de EHBO om zijn schouder te verbinden! Anders verliest hij te veel bloed!’ fluistert een oude man die naar bier ruikt in Kiara’s oor. Twee sterke EHBO-mannen tillen de man op en lopen zo snel als ze kunnen naar het EHBO huisje. Het is de vader van Mike. Wat zal Mike geschrokken zijn, met zo’n bloedende vader. Hopelijk komt het nog goed met hem. Kiara ziet Mike naast zijn vader huilend meelopen. Kiara wil ook eerst meelopen maar bedenkt zich dan dat er nog een groepje mensen staat te gillen van afgrijzen. Daar ligt vast ook iemand op de grond te bloeden. Wie zou dat zijn? Als Kiara naar het andere groepje toe rent, dringt het tot haar door dat ze Mar nog niet heeft gezien. Kiara schrikt van de gedachte dat Mar daar wel eens zou kunnen liggen maar snel zet Kiara die gedachten van zich af. Dat zal vast wel niet. Ze komt bij het groepje aan en kijkt wie er op de grond ligt. Kiara wordt spierwit. Zo bleek als de maan en haar helderblauwe ogen worden groot van schrik. Degene die op de grond ligt is inderdaad Mar. Tranen vullen haar ogen. ‘NEE! DAT KAN NIET!’ huilt Kiara. Kiara probeert bij haar moeder te komen maar een sterke man pakt haar stevig beet, zo stevig zelfs dat het pijn doet. Een zware stem zegt: ‘Het is denk ik niet goed als je je moeder zo ziet…’ en hij probeert Kiara van de groep weg te sleuren. Mar ligt op de grond. Levenloos. Ze bloedt heel erg. Ze is in haar buik gebeten. Ze heeft teveel bloed verloren om te overleven, en haar organen zullen ook wel aangetast zijn. Mar haar ogen zijn open en kijken naar boven maar ze zien niets. ‘geen polsslag en ze ademt niet’ zegt een man van de EHBO in paniek die Mar onderzoekt. Een andere man is Mar aan het reanimeren maar het heeft geen enkel effect. Mar ligt daar, als een levenloze pop. Kiara raakt nu helemaal in paniek. Mar, de enige die Kiara nog had, een moeder die er altijd voor Kiara is geweest. In goede en slechte tijden. Mar heeft Kiara gebracht tot wie ze nu is. Niemand anders. Mar bood altijd bescherming en kwam altijd voor haar op. Kiara heeft zo gemeen gedaan de laatste dagen. Alleen gelezen, gelezen en nog eens gelezen. Niet eens meegeholpen met koken of met de was, niet eens tegen haar gepraat. En laatst hadden ze nog knallende ruzie. Wat zou Kiara het graag goed maken, maar het is te laat, Mar is nu voor goed weg, voor altijd. Mar komt nooit meer terug. Het lukt Kiara om zich los te rukken van de sterke man en ze knielt meteen naast Mar neer. Kiara pakt Mar haar ijskoude hand. Misschien komt het wel door haar. ‘O Mar, het spijt me zo, wat heb ik je aangedaan?’ snikt Kiara. Kiara kijkt om naar de mensen die met tranen in hun ogen om haar en Mar heen staan. Kiara roept huilend: ‘ga weg! Laat me met rust! Zien jullie dan niet dat Mar dood is? Ze is gewoon vermoord door die stomme rotwolven! Jullie zagen het gebeuren, maar hebben gewoon niets gedaan! Alleen blijven rennen. Haar aan haar lot overlaten. Wat denken jullie wel?’ de mensen blijven aarzelend staan. ‘Ga weg, zei ik!’ Kiara staat op. Ze is woedend en ziet er angstaanjagend uit. De mensen lopen aarzelend achteruit. Ze willen Kiara eigenlijk troosten maar het ziet ernaar uit dat Kiara daar nu helemaal geen zin in heeft wat eigenlijk ook best wel begrijpelijk is. Ze wilt bij haar moeder zijn, afscheid van haar nemen. Als alle mensen weg zijn valt Kiara weer op haar knieën neer, naast haar levenloze moeder. Als een klein, hulpeloos vogeltje dat uit het nest is gevallen blijft ze zitten. Je weet pas hoeveel je van iemand houd als je diegene kwijtraakt. Uren zit ze daar. Ze huilt, tot haar tranen op zijn. Ze schreeuwt, tot ze haar stem kwijt is. Ze kijkt naar haar levenloze moeder, tot alles om haar heen zwart word. Kiara valt in slaap, met haar hand nog in de ijskoude hand van Mar.
Er zijn nog geen reacties.