A life abroad 9
Echt lang slaap je niet. Je kijkt er naar uit om Marjoke terug te zien. Je bent hier al bijna 4 weken en normaal zou ze na de tweede week ongeveer komen. Je weet eigenlijk niet goed hoelang ze blijft maar dat zie je straks wel. Je steekt den broodje in de oven en neemt ondertussen een douche. Als je klaar bent en je haar droog is hoor je geklop op de deur. Het is Evan. Hey zeg je. Hey, sorry dat ik wat vroeger ben. Geeft niets zeg je. Heb je al gegeten? Jep. Oké, ik ga nog vlug een broodje eten en dan kunnen we vertrekken.
Zo gezegd, zo gedaan. Jullie vertrekken naar de luchthaven. Is het eigenlijk ver rijden, vraag je. Valt best mee, een klein uurtje antwoordt hij. Hmm ok. Je bent vast heel blij dat ze toch komt. Ik weet nog dat je je rot voelde toen je hoorde dat ze niet kwam. Mjaa, dat was echt niet leuk, ik keek er zo naar uit. Jullie hebben vast veel te vertellen zegt hij. Je weet niet wat je ziet als wij samen zijn lach je.
Jullie staan te wachten aan de gate. Het vliegtuig heeft een half uur vertraging. Je loopt wat te ijsberen. Evan geeft je een duwtje, zet je wat neer zegt hij. Je zet je naast hem. Het is eventjes stil. Je kijkt op en ziet hem lachen. Dan hoor je je naam roepen door de hele hal. Je ziet haar staan, zwaaiend met haar armen in de lucht. Je rent op haar af en knuffelt haar. Zo blijven jullie wel een hele tijd staan. Omg ik ben zo blij dat je er bent!! Jullie lachen en hebben plezier. Oooooooow zegt Marjoke, dat heb je nog niet verteld en ze wijst naar Evan. Je moet lachen, hij rijdt zeg je. Anders kon ik je toch nooit ophalen. Jaja zegt ze. Ik herken hem wel. Shht zeg je, hij weet dat niet. Doe maar normaal giechel je.
Op de weg naar huis babbelen jullie bij en vertelt ze over thuis. Over je ouders, haar familie en dat ze je missen. Ik mis thuis ook zeg je. Je hebt nog geen job gevonden en zoveel mensen ken je hier dus ook niet. Je vertelt hoe je Beau en dan ook Evan leerde kennen. Ze moet lachen als je zegt dat je boos naar buiten rende.
Er zijn nog geen reacties.