No feet to stand on.
Would you know who you are, when no one makes you someone...
Would you know? .... cause I wouldn't.
Ik liep mijn kamer in, gooide mijn vest ergens neer en ging gelijk achter mijn computer mijn mails checken. Geen berichten. Al geen dagen nieuws van of ik nou over ben of niet. Of ik nou mijn examen had gehaald en de kans kreeg om een nieuwe start te maken wist ik nog niet. Iedereen vierde al feest, met hun familie. Maar ik , ik zat maar voor de computer te suffen. Wachtend op een mailtje van school.
Klop, Klop
'mag ik binnen komen?' Het was mijn broer Math. Hij wist hoe geïrriteerd ik mij voelde en bracht wat thee en koekjes. 'Dankje, Math.' zei ik terwijl ik nog met verloren hoop naar de computer staarde. Math rolde zijn ogen en sloeg de computer dicht.' Ik kan er even niet meer tegen.' De reactie van mijn broer maakte mij pissig. Ik wilde hem een schop geven, maar wist dat hij het goed bedoelde. 'Je gooit niet zomaar mijn computer dicht, zeker niet op het belangrijkste moment van mijn leven.' Hij lachte even en begon toen wat te zeggen over afleiding. Tenminste dat was het enige wat in mij bleef hangen en wat ik ook het liefste wou. Afleiding. 'Daar heb ik nu geen tijd voor.' Zei ik vol hoop dat hij weg ging, en mij alleen achterliet met de koekjes en de thee. 'Ik snap dat je de uitslag wil weten, maar de computer de hele de aanstaren geeft mij ook een beetje de kriebels.' Niet helemaal begrijpend wat hij nou probeerde te zeggen, gaf ik hem wel gelijk. 'Afleiding klinkt goed.' Een klein lachje verscheen op zijn gezicht. Hij sleurde mij aan mijn arm mee naar buiten en pakte zijn fiets. 'Waar gaan we dan naartoe?' Vroeg ik nieuwsgierig. 'Naar het strand.' Ik keek hem verbaast aan. ' Nu?' zijn blik verraadde al het antwoord op mijn vraag. 'ja, daar leer je de meeste mensen kennen.' Mijn armen omwikkelde Maths middel en hielden het stevig vast. Hij pakte mijn hand vast en gaf er een teder kusje op. 'Het word vast gezellig, lieve zus van mij.' Ik lachte iets overdreven hard en gaf hem een sein dat hij kon gaan. Zijn voeten gleden over de pedalen van zijn fiets en zette er kracht op. We reden als een gek naar het strand toe en parkeerde zijn fiets tegen een alleenstaande boom aan. 'Je weet zeker dat je fiets hier niet word gestolen?' Vroeg ik nog even voor de zekerheid. Hij haalde een groot slot uit zijn fietstas vandaan en hield het voor mijn gezicht. 'Ik weet het zeker.' Mijn hand vloog voor mijn mond toen ik de schram op mijn broer's been zag. 'Wat is dat?' zei ik, terwijl ik nog geschrokken wees naar de wond. 'Dit, ooh ...nee dat is niks.' Ik liet het niet zomaar uit het gesprek verdwijnen dus ging er verder op in. ' Niks?, Het bloed nog helemaal!..heb je gevochten op school?' Hij wreef met zijn handen door zijn donkerblonde warrige haar heen en bleef voor zich uit kijken, met een onschuldige blik. 'Nou?' Zei ik op een wat boze manier. ' Kunnen we het hier nu even niet over hebben, Ik leg het later wel uit.' Ik accepteerde zijn voorstel en veegde een traan van zijn gezicht weg. 'oke.' Hij gaf mij een wat neppe lach en vroeg of ik mee kwam. Ik greep zijn schouders en sprong op zijn rug. Wankelend rende hij met mij op zijn rug naar een mooi plekje op het strand. ' Vind je dit een ''oke'' plekje?' Ik knikte instemmend, en legde mijn handdoek op het stukje zand. 'Wat is het druk zeg.' zei ik zuchtend van de hitte. Math knikte , maar keek ondertussen naar een paar meiden die al eerder hun ogen op mijn broer hadden gespot. 'Ga maar naar hun toe.' Ik was er bijna zeker van dat hij ''ooh echt dankje!'' ging zeggen, maar hij knikte overduidelijk nee. 'Ik ben hier nu met jou' Ik vond het lief van mijn broer dat hij aan mij dacht, maar wou niet dat hij zich over mij zorgen moest maken. Dus maakte ik hem duidelijk dat hij nu naar hun toe moest , voordat hij nog als een puppy over mijn handdoek ging kwijlen. Hij moest lachen en wijste naar een paar jongens die aan het volleyballen waren, voordat hij wegliep. Een jongen met een wat langere rode broek keek mij wat sneaky aan. Waardoor zijn vrienden ook mijn kant opkeken. Ik kon net niet verstaan wat ze zeiden, en begon een klein roos kleurtje op mijn wangen te krijgen. Hij wees een paar keer mijn kant op, om te laten zien wie hij bedoelde. Ik keek nog even achter mij om te kijken of hij niet iemand anders bedoelde, maar achter mij zat alleen een wat oudere man van 56 met een grote bierbuik. Een kindje van 7 met zijn schepje en een emmertje en een stelletje van ik schat de jongen 19 en het meisje 17. Ik keek weer terug naar de jongens en voor ik het wist stonden ze met z'n alle voor mij.
Er zijn nog geen reacties.