Foto bij 12. Luna Anderson

17:00
Zo 15 juni 2014

Ik stond daar met een enorme glimlach op mijn gezicht, trots doordat het mes een stukje onder de schijf in de boom terecht was gekomen. Ik keek de elf aan in de verwachting dat er ook een glimlach op zijn gezicht zou staan. Maar hij stond daar weer hoofdschuddend.
“Wat doe ik nog verkeerd?” Vroeg ik zuchtend.
Opnieuw kreeg ik een mes in mijn handen gedrukt en weer werd mijn houding gecorrigeerd, dit keer kreeg ik er nog wat tips bij. Rug recht, arm op schouderhoogte, vanuit je pols gooien, nawijzen en ontspan. Ik deed mijn uiterste best om precies te doen wat hij zei, maar elke keer had hij nog iets op of aan te merken. Zo gooide ik nog een aantal messen om ze vervolgens weer op te gaan halen. Terwijl ik de messen uit de boom trok dacht ik bij mezelf dat het al een stuk beter ging dan de eerste keer, maar ze wilden nog niet echt in de buurt van de roos komen. De meeste messen trok ik er nog vrij gemakkelijk uit, behalve diegene die de elf gegooid had, die zat muur vast. Ik stond daar te sjorren aan het ding en schaamde me nogal toen ik een aantal elfen naar me zag kijken. Sommige wezen en andere lachten zachtjes. Terwijl ik terug liep bekeek ik de messen eens goed, ze waren niet erg groot, maar konden toch veel schade aanrichten. Zeker als je gooide zoals de elf. Het mes was nog steeds vlijmscherp, ondanks dat het in een boom gegooid was. Er leek geen krasje of schrammetje op te zitten. Toen eindelijk alle messen weer terug in de mand lagen pakte Joey mijn arm beet. Al die tijd had hij daar stilletjes toe staan toekijken, hij had niks gezegd en me ook niet geholpen met het ophalen van de messen.
“Kom” zei hij terwijl hij me zachtjes meetrok. Ik wilde nog helemaal niet weg hier, ik begon het messen werpen steeds leuker te vinden. Alleen het ophalen was wat minder… Maar Joey klonk nogal dringend dus besloot ik me weer mee te laten sleuren door hem. Ik bedankte de elf nog snel en daar werd ik weer in een drafje achter Joey aan getrokken. Dit keer namen we een andere weg, die ook sneller leek dan de heenweg. Voor ik het wist stonden we weer op de plek waar ik voor het eerst ‘verschenen’ was in deze vreemde wereld. Joey stopte plotseling met lopen en liet zich op het zachte gras zakken. Ik volgde zijn voorbeeld. Leunend met onze ruggen tegen een boomstam zaten we daar zwijgend. Ik had mijn ogen gesloten en woelde met mijn handen door het gras. Het voelde erg zacht, maar toch ook weer sprieterig zoals gras hoorde te zijn. De lucht was blauw en de zon scheen, de warmte voelde heerlijk aan op mijn huid.
Zo zaten we beiden nog een tijdje, onbeweeglijk tegen de boom. Totdat ik de stilte verbrak.
“Uhm, Joey, dat meisje dat ik zag en dat daarna mee ging met die jongen, wie zijn dat?” Vroeg ik nogal aarzelend. Ik wilde de rust eigenlijk niet verstoren, maar ik liep eigenlijk al een tijdje rond met deze vraag in mijn gedachten. En Joey leek meer van dit alles te weten.
“Die jongen komt ook uit Sindrië en dat meisje komt van dezelfde plek vandaan als jij.” Zei hij kort. Maar hiermee was ik nog niet klaar, zijn antwoord was erg vaag en ik wist niet echt veel meer dan eerst.
“Maar waar nam hij haar mee naartoe dan?” Vroeg ik.
“Ik heb geen idee, maar ik vermoedde dat ze naar Sindrië gingen, daarom gingen wij daar ook heen.”
“Oh. Dat Sindrië hè, daar waren wij net toch?”
“Ja.”
“Maar zijn er dan nog meer van zulk soort werelden? Want hier op dit kruispunt lijken er wel drie soorten landschappen te zijn”
“Ja.”
“En hoe heten die dan?” Vroeg ik aarzelend. Hij deed alsof het allemaal domme vragen waren die ik stelde. En daardoor werd ik een beetje geïrriteerd, maar ook door zijn korte antwoorden, alsof het hem helemaal niks interesseerde.
“Aeïran en Ruai.”
“Oh, en leven daar dezelfde mensen als in Sindrië?”
“Nee.”
“Wat voor een mensen leven daar dan?”
“De Aeïra, dat is een beetje een zeevolk en zij bezitten magie. En de Ruia, dat zijn meer dierenrijders die speciale dingen kunnen met dieren.”
“En de Sindriërs kunnen dus goed omgaan met wapens?”
“De Sindri kan inderdaad goed omgaan met wapens.” Zei hij met de nadruk leggend op Sindri.
“Das best vet.” Zei ik, enthousiast omdat ik daar tussen de Sindri met messen had staan gooien.
“Hmhm”
“Maar wil je me nu dan Ruai en uhm Aeïran laten zien?” Vroeg ik, in de hoop meer te kunnen zien van de prachtige natuur hier.
“Nee.” Zei hij, het klonk een beetje bevelend.
“Waarom niet?!” Vroeg ik, ik was nu echt geïrriteerd. Hij leek hier wel de leider te spelen. Omdat meneertje het allemaal zo goed wist, maar mij niet eens normaal antwoord kan geven.
“Omdat wij hier moeten blijven.”
“Ik moet helemaal niks!” Riep ik uit en stond op om mijn standpunt duidelijk te maken. Meteen daarna kromp ik ineen, het kwam er harder uit dan gedacht en had de rust daardoor verstoord.
Hij opende zijn ogen en keek me aan. “Niet weggaan.”
Ik zette een stap bij hem vandaan, benieuwd wat hij nu ging zeggen.
“Het is belangrijk” Zei hij met een zucht. Er leek hem iets dwars te zitten.
Ik ging nu tegenover hem zitten, zodat ik hem recht aan kon kijken en hij me niet meer kon ontwijken. De zon scheen nog steeds en ik voelde de warmte zachtjes tintelen op mijn armen. In de verte hoorde ik een paar vogeltjes fluiten, alsof ze een soort koor waren. Alleen floten ze door elkaar heen, een chaos dat toch kalmerend werkte. Toen ik weer helemaal rustig was keek ik hem recht in zijn ogen aan. “Wat is er zo belangrijk waar jij me voor nodig hebt?” Vroeg ik, nu toch wel een beetje nieuwsgierig.
“Dat andere meisje, waar we het net over hadden, die hebben we ook nodig.”
“Oh” zei ik kort, niet wetend wat ik met deze informatie moest. “En waarvoor dan?”
“Eerst moeten we herenigd zijn voordat we de mensen hier kunnen helpen.” Zei hij terwijl hij ondertussen zoekend om zich heen keek, alsof er elk moment iemand achter hem zou kunnen verschijnen.
“En hoe kunnen we ons herenigen? En waarmee moeten we de mensen hier helpen? Die Sindri leken niet echt hulp nodig te hebben..”
“We – “ zei hij, maar hij maakte zijn zin niet af. Hij staarde langs mij op. Ik volgde zijn blik terwijl ik ook op stond. Daar aan het rand van het bos kwamen de jongen en het meisje aangelopen. De jongen liep voorop en keek strak vooruit naar ons. Ik zag zijn lippen bewegen, maar kon niet horen wat hij zei. Hij stopte en bleef daar staan, het meisje stond achter hem en keek onderzoekend naar ons. Haar haren zaten een beetje door de war, ze had een groene jurk aan wat haar erg goed stond. Ook droeg ze iets wat leek op een riem waar een soort bollen op zaten, het zag er vreemd en een beetje sprookjesachtig uit. Dit waren niet de kleren die ze aan had gehad toen ik haar voor het eerst zag. Het meisje zag er erg aardig uit, maar wel verlegen en een beetje in zichzelf verscholen. Een beetje een dromerig meisje leek het wel. De jongen keek met een vijandige blik naar ons, maar toen ik nog eens goed keek zag ik dat hij alleen Joey aan keek, die met dezelfde blik naar de jongen staarde. Het meisje trok aan de mouw van de jongen en toen hij niet reageerde gaf ze hem een stomp op zijn arm waarna ze ook iets zei. Ik vermoedde dat ze zijn naam noemde en het leek op iets van Luka of Juka, ik vond de laatste maar een rare naam… Ik grinnikte zachtjes, het zag er best grappig uit omdat de jongen geen kik gaf op haar pogingen tot zijn aandacht.
Het meisje richtte haar blik nu duidelijk op Joey en keek hem net zo onderzoekend aan als ze bij mij had gedaan. Ik keek ook naar Joey en opeens werd ik weer duizelig en begon alles om mij heen te draaien. Alleen Het meisje en Joey bleven op dezelfde plek staan. De duizeligheid werd steeds erger en ik voelde misselijkheid opkomen, net zoals vanmiddag. Ik zakte op de grond, ik had mijn lichaam niet meer onder controle. Ik zag Joey nog naar mij toe reiken, terwijl het meisje daar nog steeds stokstijf bleef staan. Ze keek een beetje wanhopig. Ik sloeg mijn handen voor mijn mond, mijn maag had zich omgekeerd en als dit niet snel ophield zou ik de inhoud daarvan eruit gooien. Ik kneep mijn ogen dicht en plots stopte het draaien. Ik was weer terug.

- - - - - - - - - - - - - -

Door FlyingMinds

Reageer (2)

  • DecemberRain

    zo dan!

    1 decennium geleden
  • Kobyla

    Hu, ze reizen heen en weer?
    Snel verder!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen