Hoofdstuk 108
Aiden
Ik had eigenlijk niet eens naar beneden moeten komen. Mijn gedachten gaan als een razende tekeer en ik hoor mijn hoofd bonken. Dan bedenk ik me ineens dat ik Naur al even niet heb gezien. Zou hij in orde zijn? Is hij hier?
‘Waar is Naur heen? Is alles goed met hem? Waar is de rest?’ zeg ik een beetje in paniek. Sinds ik weer wakker ben heb ik niemand meer gezien.
‘Met Naur is alles goed, maak je daar maar geen zorgen om’ zegt Yuna zachtjes.
Yuna. Zij is die vrouw die de hele tijd voor me heeft gezorgd. Langzaam komt alles weer binnen en ik hoor niet echt meer wat Jack tegen me zegt. Jack, ja die woont hier. Ik knik afwezig al heb ik maar de helft gehoord. Yuna loopt wat heen en weer en haar geur vult al snel de kamer. Het gif loopt bijna uit mijn mond en ik wil echt dol graag met Alana gaan jagen maar ik kan niet.
‘Ik geloof dat ik jou weer naar boven breng, je hebt je rust nodig’ zegt Jack ineens.
Hij staat op en komt naar me toe gelopen. Hij steekt zijn hand uit en ik pak hem vast. Hij helpt me overeind en sla mijn arm om zijn nek. Zijn andere arm doet hij achter mijn rug door en samen strompelen we naar de trap toe. Als de deur achter ons dicht is kijkt Jack me een keer onderzoekend aan.
‘Je hebt rode ogen’ zegt hij dan.
‘Ik moet gaan jagen’ grom ik terug.
‘Ik kan je niet laten gaan’ zegt Jack dan en maakt de deur van mijn slaapkamer open.
We strompelen samen naar binnen en hij laat me zachtjes op mijn bed zakken. Jack schuift het raam nog even dicht en verlaat dan weer mijn kamer. Ik probeer op bed te gaan liggen en sluit mijn ogen. Ik zucht van opluchting en besluit om toch maar onder de dekens te gaan liggen. Aangezien ik nog steeds geen kleding aan mijn bovenlijf heb, heb ik het toch best wel koud gekregen.
Ik hoor de deur dicht slaan en dat kan alleen betekenen dat Alana samen met Jack is gaan jagen. Dit betekend dat Yuna en ik alleen nog in het huis zijn en als Yuna slim genoeg is blijft ze beneden en komt ze niet naar boven.
Na een paar uur komt Yuna eindelijk naar boven.
‘Ik ga ook slapen’ zegt ze en sluit de deur achter zich.
‘Hoe gaat het met Alana?’ vraag ik zachtjes.
‘Het gaat goed met haar. Ze is gaan jagen samen met Jack’ zegt Yuna terwijl ze wat kaarsen aan steekt.
Ze kleed zich om, pakt een kandelaar en loopt naar mijn bed toe. Ze zet de kandelaar op de grond neer en gaat op de rand van het bed zitten.
‘Je ogen zijn rood’ zegt ze en blijft er naar staren.
‘Ja ik…’ en weet niet wat ik hier op moet zeggen.
‘Je kunt niet gaan jagen’ fluistert Yuna en kijkt me streng aan.
‘Heb jij een betere oplossing?’ vraag ik schor.
Yuna zucht en sluit haar ogen. ‘Hoe lang kun je het volhouden?’
‘Ik weet het niet. Ik ben er slecht aan toe. Dat gaat niet lang goed’ zeg ik een beetje somber.
‘Ik weet wel een simpele oplossing, en dat weet jij ook. Maar dat is niet de bedoeling.’
‘Nee dat klopt. Ik had gezegd dat niet meer te doen’ en ik sluit mijn ogen.
‘Probeer het nog even vol te houden. Jack vind wel een oplossing. Hij heeft vast al gezien dat je met dat probleem zit’ en Yuna wrijft een keer over mijn gezicht heen.
‘Ja Jack heeft gezien dat ik eigenlijk moet gaan jagen.’
‘Nou dan weet ik zeker dat hij een oplossing voor je zal vinden’ lacht Yuna en gaat naar haar eigen bed toe.
‘En als hij nou niets kan bedenken?’ blijf ik maar vragen.
‘Aiden! Ga nou maar slapen. En ik wil je morgen niet uit je bed zien!’ roept ze bijna boos.
Ik zucht een keer en sluit dan mijn ogen. Zo te horen ligt Jack ook al op bed en is het stil in huis.
Er zijn nog geen reacties.