Hoofdstuk 106
Aiden
Ik voel de vingers van de vrouw over mijn gezicht glijden en voel dan pas hoe pijn alles doet. Ik probeer me zo stil mogelijk te houden maar dat gaat niet makkelijk. Haar geur is zo heerlijk dat ik moeite heb om me in te houden. Dan voel ik twee lippen op de mijne en ze kust me. Van schrik maak ik een verkeerde beweging en mijn hele lichaam doet pijn. De vrouw lijkt het te merken en verdwijnt uit de kamer. Ik hoor haar voetstappen op de houten vloer in de gang en zachtjes vervagen ze. Ik concentreer me op de geluiden beneden in het huis en hoor daar drie personen. De man, de vrouw en het meisje. De vrouw klinkt bezorgd al kan ik niet horen wat ze zegt.
Er word iets kouds op mijn hoofd gelegd en ik schrik er van. Blijkbaar sliep ik weer. De vrouw heeft het in de gaten en stopt meteen. Als ik verder geen beweging meer maak gaat de vrouw weer verder. Met het koude ding gaat ze over mijn hele gezicht heen en dan naar mijn nek. De pijn in mijn gezicht word gelukkig wat minder maar de pijn over de rest van mijn lichaam word er nog niet beter op.
Als de vrouw klaar is met mijn nek trekt ze de restjes kleding van mijn bovenlijf. Even aarzel ik of ik niet moet ingrijpen maar ergens ben ik toch blij dat er iemand is die voor me zorgt en aangezien ze me kennen hier zal ik er maar geen probleem van maken.
Ik zou graag willen dat ik niet zo zwak was dan kon ik mijn ogen openen en de vrouw bedanken voor wat ze doet. Ik zucht een keer en blijkbaar hoort de vrouw dat want ze stopt meteen weer. Na een paar seconde gaat ze weer verder en langzaam trekt de pijn toch wel wat weg. Ik zucht nog een keer tevreden en hoor de vrouw zachtjes lachen. Ze gaat verder met het verzorgen van de wonden en ik kan me wel een beetje ontspannen.
De vrouw is klaar, geeft me nog een kus en loopt dan naar beneden. Beneden hoor ik het kleine meisje tegen de man praten en ze wil iets hebben. De man is het er duidelijk niet mee eens maar het meisje blijft door dringen. Uiteindelijk geeft de man toe en ik hoor het meisje richting een deur gaan. De vrouw roept nog wat na en dan hoor ik kleine voetstapjes op de trap. Dan hoor ik voetstapjes op de gang en ze komen dichterbij. Het meisje wou dus naar boven. De voetstapjes stoppen voor mijn deur en zachtjes gaat de deur open. Het meisje loopt naar binnen en sluit zo zacht ze kan de deur weer achter haar. Ze loopt naar het raam toe en sleept iets naar het bed. Ik hoor dat ze er op klimt en het is dus iets van een stoel of zo. Even is het stil en hoor ik alleen de ademhaling van het meisje. Ze is nu rustige en beheerst en niet meer zo boos als dat ze net was voor ze naar boven kwam.
‘Aiden’ zegt dan een zachte stem.
Mijn hoofd gaat weer als een razende tekeer om haar stem te plaatsen. Ik ken het maar weet niet wie ze is.
‘Ga je met mij jagen?’ vraagt ze dan zachtjes.
Dus ze weet dat ik een vampier ben. Maar wie is zij dan?
‘Aiden ga je met me mee?’ en ze trekt met haar handjes aan mijn broek.
Ik geef geen kick of een antwoord. Het is duidelijk dat het meisje verdrietig begint te worden.
‘Aiden, heb je mijn mama al gevonden?’ vraagt ze nu snikkend.
Ik kan helaas nog steeds niet reageren. Ik hoor dat de stoel omvalt en er gaat een schok door mijn lichaam. Is ze gevallen? Is alles wel goed met haar?
‘Aiden alsjeblieft zeg nou iets!’ smeekt ze huilend.
Gelukkig leeft ze nog! Ze begint nu weer aan mijn broek te trekken en te duwen tegen mijn bovenlichaam. Het doet pijn maar ik kan niet schreeuwen tegen haar. Dan laat ze me los en hoor ik haar boos en verdrietig de deur uit lopen. O nee, wat heb ik nu weer gedaan!
Met alle kracht die in me zit open ik mijn ogen. Het is donker in de kamer maar dat maakt niet uit. Beneden hoor ik het meisje huilen. Langzaam komt het gevoel in mijn lichaam weer terug en met moeite stap ik uit bed. Wankelend ga ik naar de deur en loop de gang op. Na wat lijkt uren kom ik dan bij de trap. Alles draait om me heen maar ik moet naar haar toe. Ik zet een voet op de trap en de pijn schiet door me heen. Ik weet ook wel dat ik helemaal niet het bed uit mag maar ik moet naar het meisje toe. Ik zet nog een stap en dan nog een. Eindelijk ben ik beneden en open ik de deur naar een andere ruimte.
Er zijn nog geen reacties.