Hoofdstuk 105
Yuna
De volgende morgen als ik wakker word is Alana al uit bed en is ze niet op de slaapkamer. Snel kleed ik me om en loop naar beneden om wat te eten. Alana zit al op haar stoel in de keuken als ik aan kom lopen. Na elkaar te hebben begroet ga ik naast haar zitten.
‘Gelukkig is het weer droog. Heb je goed geslapen?’ vraag ik na een tijdje.
Ze knikt een keer. ‘Ik heb goed geslapen en was eigenlijk niet bang’ zegt ze met een lach.
Ik knik ‘Gelukkig, dat is mooi.’
Ik wil net opstaan om mijn bord weer op te ruimen als ik ineens verschillende stemmen hoor en de deur hard dicht hoor vallen.
Alana kijkt me aan en snel sta ik op. ‘Blijf maar hier, ik ga even kijken’ zeg ik vlug voordat ik de keuken uitloop.
Ik loop snel naar buiten en zie dat de jagers weer terug zijn en dat ze er allemaal moe uitzien. Na een tijdje zoeken vind ik Naur maar geen Aiden. Waar zou hij zijn?
Ineens staan Jack en Ben voor mijn neus. Ben ziet er niet goed uit en heeft verschillende wonden op zijn gezicht en handen zitten.
‘Zet Naur op stal wil je?’ zegt Jack die samen met Ben weg loopt en hem ondersteund.
‘Waar is Aiden dan?’ vraag ik terwijl ik achter de jongens aan loop.
‘Leg ik je zo wel uit’ zegt Ben die stil gaat staan en me aankijkt.
Ik zucht een keer en knik. Ik loop weer terug naar Naur en leid hem de stallen in. Ik haal het zadel er af en hoor hem een keer zuchten van opluchting. Ik aai hem een keer over zijn kop en doe na een tijdje bij hem te hebben gestaan de staldeur dicht en leg het zadel weg.
Als ik de stallen uitloop zijn er geen draken meer te bekennen en zie ik ook geen jagers meer. Snel loop ik door naar binnen en zie dat Alana met opgetrokken benen in de stoel zit tegenover de openhaard.
‘Waar is iedereen heen?’ vraag ik als ik ook in de kamer niemand zie.
‘De jagers zijn weer weg samen met Ben’ zegt Jack die de kamer in komt lopen.
Ik kijk hem verbaast aan. ‘Hoe kan dat nou? Hij zag er niet echt goed uit vond je wel? Net als de rest trouwens’ zeg ik onbewust boos.
‘Ben is mee omdat hij dat zelf wilde’ zegt Jack die gaat zitten.
Ik schud mijn hoofd en kijk hem met ongeloof aan.
Dan pas heb ik in de gaten dat Aiden niet mee kan zijn en dat ik hem niet heb gezien.
Ik loop de kamer uit, hij moet boven zijn. Ik hoor dat Jack achter me aanloopt.
‘Waar is hij? Ik moet hem zien!’ roep ik bijna terwijl ik de trap op loop.
‘Ssstt. Zachtjes, je moet hem nu niet storen’ zegt Jack die met me mee de trap op loopt.
Ik open zachtjes de slaapkamer deur om de voorkomen dat ik gemopper van Jack krijg.
In de kamer is het niet donker dus kan ik meteen zien dat Ben niet de enige is met wonden in het gezicht.
‘Wat is er gebeurd?’ vraag ik door.
‘Hij is van Naur af gevallen’ fluistert Jack als hint voor mij dat ik dat ook moet doen.
‘En de anderen? Gaat het met hen wel goed?’ vraag ik nu iets zachter.
Ja met hen gaat het goed. Alleen Ben is ook flink verwond maar hij kan wel gewoon verder’ zegt Jack die zijn ogen niet van Aiden af haalt.
‘Wil je even alleen met hem zijn?’ zegt hij na een tijdje.
‘Ja graag’ zeg ik knikkend. Ik hoor dat Alana een keer op de deur klopt maar doet hem niet open. Jack loopt de kamer uit en ik hoor dat hij samen met Alana weer naar beneden loopt.
Ik blijf een tijdje staan, niet wetend wat te doen. Misschien doet de frisse lucht hem goed? Ik loop naar het raam en schuif het zachtjes open.
Ik zucht een keer omdat het geluid van het opschuiven niet zo zachtjes is. Ik draai me weer om en zie dat Aiden niet bewogen heeft en dus niks heeft gehoord.
Ik loop zachtjes terug en ga voorzichtig op de rand van het bed zitten en laat zo zachtjes mogelijk mijn vingers over de wondjes op zijn wang glijden. Jack heeft er nog niks aan gedaan dus neem ik mezelf voor om zo een vochtige doek te pakken om ze schoon te maken. Ik buk iets voorover en geef hem een kus, net voordat ik weer omhoog wil komen voel ik dat Aiden beweegt.
Reageer (1)
Yea, nog een hoofdstuk! Maar ik vind het wel zielig hoor, voor Aiden en Yuna..
1 decennium geleden