||Fresh Air.
Genre: ?
Rond het vallen van de avond, de schemering in de lucht, voel ik me bekneld. Alsof er een hand om mijn keel licht en hem langzaam dichtknijpt. Ook al ben ik er zeker van dat dit nu niet gebeurt, toch voelt het zo. Ik pak mijn huiswerk om dit braaf te maken en doe mijn best mijn concentratie te behouden, maar wat ik ook probeer. Het wil niet lukken.
Na zeker een uur dubben sta ik op en kijk uit het raam. Ik hoor gekrijs van een paar vogels die hoog in de lucht vliegen. Hun vrijheid, hun pracht is iets waar ik altijd jaloers op ben geweest. Nu sta ik daar wachtend op niks. De horizon is inmiddels roze rood en oranje en tussen de bomen glinstert het flauwe zonlicht. Het benauwde gevoel wordt steeds erger maar ik ga gewoon weer zitten. Beneden hoor ik gestommel, geluiden van pratende mensen en het schuiven van stoelen. Zal ik me erbij voegen? Waarom ook niet. Ik sta op en loop de trap af, voet voor voet. Luisterend naar gesprekken die ik niet zou moeten horen. Eenmaal beneden ga leun ik tegen de verwarming en luister naar mijn ouders. Op zich is het best een gezellige avond, maar toch blijft er iets aan me knagen.
Exact zeventien minuten later zit ik aan tafel starend naar mijn groente en rijst. Ik prik er in met mij vork en stop het in mijn mond, na enige tijd is mijn bord dan toch leeg en schenk ik iedereen nog een glas water bij. Ik kijk naar buiten en weer voel ik een beknelling, de lucht is donkerblauw bijna zwart en er is nauwelijks nog zon te zien. Ik ruim de tafel af en kijk naar mijn hond, die, staart gefascineerd naar het raam. Zuchtend merk ik dat hij naar buiten wil om achter een vogel aan te jagen en dus geef ik hem zijn zin. Blaffend rent hij de tuin in en springt met zijn pootjes omhoog in de lucht als de vogel in een boom gaat zitten. Ik kijk een moment naar het slimme dier die mijn hond lijkt uit te lachen. Maar het is niet komisch.
Ik zit opnieuw in mijn bureaustoel in mijn kamer, de gordijnen dicht de lichten aan. Ik schrijf mijn laatste woorden op voor een Engels verslag en klap tevreden mijn boeken dicht. Het beknellende gevoel, dat is er nog steeds. Ik begin te ijsberen en besluit een douche te nemen om tot rust te komen, de warme stralen doen me goed en ik sluit mij ogen. Als de badkamer dan eindelijk blauw staat van de stoom en de spiegel beslagen is sla ik een handdoek om en doe mijn pyjama aan. Ondanks de warme douche ril ik als een rietje en sla ik mijn favoriete dek om mijn schouders. Van onder de trap klinkt een kreet van mijn zusje die roept of ik een toetje kom eten. Natuurlijk loop ik de trap weer af en schuif aan tafel. Ik lepel mijn yoghurt naar binnen en praat met mijn moeder over koetjes en kalfjes. Een langdradig verhaal wat gek genoeg interessant blijft. Als ik uiteindelijk naar bed wil gaan hoor een geluid, een tikkend geluid afkomstig van het raam. Een beetje bang kijk in naar mijn roerloze gordijn, langzaam loop ik er heen en met een ruk trek ik het omhoog. Bij mijn raamkozijn zit een vogel, een hele mooie vogel. Met zijn spitse snaveltje tikt hij op mijn ruit en hij fladdert zachtjes met zijn vleugeltjes. Ik doe het raam open en tot mijn verbazing blijft het dier rustig zitten. Met uitgestoken vingen aai ik hem over zijn kopje. Er klinkt een zacht geluid en dan vliegt het beest weg. Weg zonder nog om te kijken naar mij, weg de natuur in.
Maar ik weet toch waarom de vogel daar hat gezeten, ik ademde in de frisse lucht in mijn longen. De wind in mijn haren net alsof ik op de voorkant van een schip stond. Ik lachte om hoe stom het er waarschijnlijk uit zou zien en ik klom op de vensterbank, me vastklampend aan het kozijn en nog steeds genietend van de frisse lucht waar ik de hele middag om had gevraagd.
Reageer (1)
Ah, heel mooi geschreven! Het verhaaltje doet me een beetje denken aan mezelf op leveloze dagen, haha.
1 decennium geleden