Hoofdstuk 4
Het leek wel uren te duren voordat de camper eindelijk stopte. Ondertussen lag ik dus nog steeds onder het bed en ik begon hoge nood te krijgen. Ik beet op mijn lip en luisterde waar die jongen was. Ik had hem niet veel gehoord of zijn voeten gezien. Zijn stem daarin tegen kwam mij wel heel erg bekend voor alleen wist ik niet waarvan. Ik heb bijna 2 uur liggen denken van wie die stem kon zijn. Misschien als ik zijn hoofd zou zien zou ik het weten. Ik besloot maar om er niet te veel over in te zitten want ik moest toch weg komen zonder dat hun mij zagen. 1 ding wist ik nu wel zeker, ik ben die bewakers wel kwijt geraakt. Ik grijnsde bij de gedachte dat het me gewoon gelukt was. Ik was weer allert toen die voeten ineens heel dichtbij het bed kwamen. Ik voelde mijn hartslag in mijn keel en ik probeerde zo rustig en stil mogelijk adem te halen. Opeens voelde ik het bed een stuk naar beneden gaan. Ik beet op mijn sjaal om niet keihard au te gaan roepen. Het bed was niet zo hoog dus doordat hij zich er waarschijnlijk op heeft laten vallen zakte het bed ineens een stuk naar beneden. Gelukkig was het maar even en niet de hele tijd. Ik moest nu extra mijn ademhaling in de gaten houden. Ik hoorde een telefoon afgaan godzijdank was het niet de mijne. Ik bedacht me toen wel dat mijn mobiel nog op geluid stond maar het probleem was dat als ik mijn mobiel op stil zette of helemaal uit dat je alsnog wat hoort. Ik besloot maar om niks te doen en dan maar hopen dat ik geen bericht of telefoontje krijg. Ik pakte wel mijn mobiel in mijn hand voor wanneer ik de kans zou hebben. Ik luisterde naar hoe die jongen aan het telefoneren was. Hij had best wel een hele mooie stem. Ik zwijmelde een beetje weg bij die stem. Ik zou ergens wel willen weten wie het is maar hij zou mij niet mogen zien. ‘Heey…..Ja we zijn er over 2 uurtjes ofzo……nee hij wilt nu in 1 stuk door gaan rijden……zijn jullie er al bijna?…..We gaan lekker knallen vanavond……Ja ik heb er wel zin in al die fans enzo’. Ik hoorde hem even grinniken. Ik zat na te denken. Het moest een beroemdheid zijn of gewoon een simpele jongen wie in een café optreed. Ik glimlachte bij de gedachte dat hij kon zingen. Misschien zou hij hier nog wel gaan oefenen dan zou ik het helemaal niet erg vinden om te gaan luisteren. Hij klonk wel heel aardig maar ja je weet maar nooit. Ik was zo in gedachten dat ik doorhad dat ik omhoog ging met mijn hoofd. Ik stootte ineens heel hard mijn hoofd tegen het bed. Ik beet heel hard op mijn lip tot het aan het bloeden was. Ik ging met mijn hand over mijn hoofd. Ik voelde geen bloed gelukkig maar er zal wel een mooie bult komen. Ik hoorde voetstappen weer dichterbij komen. Ik voelde mijn hartslag weer in mijn keel en wachtte gespannen af. Ik durf te wedden dat die jongen het gehoord heeft. En ja hoor Ik zag dat hij door zijn knieën ging. Ik wachtte af en keek gespannen naar zijn lichaam. En toen zag ik een hoofd. Ik bekeek het en toen herkende ik hem. Ik was behoorlijk geschrokken. Nee dat kon echt niet, het kon hem niet zijn daar klonk hij te aardig en normaal voor. Ik had nooit gedacht dat ik bij hem in de camper zou belanden. Ik werd er een beetje misselijk van. Die stem, die stem heb ik elke dag bijna 24/7 gehoord tot mijn afschuw. Ik vond die jongen meteen niet meer zo leuk.
Er zijn nog geen reacties.