Hoofdstuk 17: De dag die lang geleden begon
Vandaag hoef ik niet zo heel erg gehaast weg te gaan voor een cursus Aardrijkskunde dus dat stelt me gerust.
Toen ik aankwam in het lokaal, was Enny er nog niet. Ja, kan gebeuren. Dus ik doe mijn gebruikelijke rondje door het lokaal. Ik begin het rondje met het neerzetten van mijn tas in het hoekje naast het bureau. Daarna vervolg ik mijn reis naar het lichtknopje om de lampen wakker te maken. En dan ga ik door naar de computer van Enny. Ik zet hem aan en loop verder naar het haakje waar ik mijn jas kan ophangen. Dan doe ik een paar ramen open om vervolgens de leerling computers aan te zetten.
Vervolgens ga ik naar het lege lokaal, doe daar de lampen aan. Zet de leerling computers daar aan en de ramen open. Ondertussen kan ik in ons lokaal bij de leerling computers aanmelden en dat doe ik dan ook en vervolgens doe ik dat bij de computers in het lege lokaal ook.
Op dat moment komt Enny binnen, we babbelen wat en al gauw verdwijnen we in de lerarenkamer.
Als de leerlingen binnen komen, gaan we een liedje zingen.
En dan dictee, ik vermaak me prima met nakijken. En taken op mijn initiatief genomen. Zo gaat de dag lekker snel voorbij.
Het duurt dus ook niet lang of de kinderen gaan al naar huis. Nakijken en nog wat nakijken. Opdrachten bespreken en ik moet naar de trein. Maar op dat moment krijg ik te horen dat er brand is in Vlaardingen. Al het openbaar vervoer rijdt niet meer in of langs Vlaardingen. Help!
Snel naar huis en ik bel Ad, mijn stiefvader. Hij is een redder in nood, want hij wil mij wel even brengen.
Nog net op tijd sprint ik InHolland naar binnen en zoef het lokaal in. De paar klasgenoten uit mijn eigen klas kijken verrast op. “Je hebt het toch gered”?! Nee, eigenlijk niet ik sta nog met mijn handen in haar bij het station, help help help hoe moet dat nu. Maar ik zei alleen maar ja. “Hoe ben je hier gekomen dan”? Vraagt iemand. Met de auto.
De les begint al snel. De meneer die ons les geeft, heeft er duidelijk geen zin in en ook al werkt hij op InHolland hij weet niet hoe zijn materiaal werkt en hij weet ook niets van het Wifi netwerk. Lekker dan!
Ja, we gaan naar een ander lokaal en uiteindelijk begint de les pas echt een half uur later. Maar de meneer wil er zo snel door heen dat wanneer je net 3 woorden hebt opgeschreven hij al weer door tikt naar de volgende dia.
Uiteindelijk zijn de powerpoints er in 2 uur door gegooid en mogen we naar huis. Dood moe, maar we moeten toch nog echt naar huis en dat is een uur met de trein.
Na het eten thuis kan ik meteen door gaan met een lesvoorbereiding maken voor een opdracht van mij en mijn begeleidingsplan aanscherpen.
Dan nog even dit verhaal bijwerken en wat gaan drinken beneden.
Wanneer ik naar boven ga krijg ik een appje van Denise (totaal onverwacht) “Je vind het toch niet heel erg dat we Anne als slb er hebben?”
“Er zit namelijk wel een patroon in”. Wat zit hier achter? Ik vraag het me af en bedenk meteen de ergste scenario’s. Denise zit namelijk op handbal en daar is Korine ook geregeld te vinden. Dus ik dacht bijna direct aan die link. Dus ik probeerde mijn gedachten in de beste woorden te verwoorden, zodat ik niemand aanval.
En dan krijg ik terug: “Ja, kijk iedere goede student zit bij Anne. De slechte bij Korine. Ik snap het wel inderdaad. Je legt alles bij Korine uit en nu krijg je Anne. Maar ik weet zeker dat Korine en Anne dezelfde personen zijn. En Anne moet het misschien nog een beetje leren maar dat komt ook wel goed”,
“Hoe was het afgelopen met je stage…?” Oké nu ga ik zeker aan complot theorieën denken. Wat bedoelt ze met stage? Ik wil haar uit de tent lokken en vraag heel nonchalant “Met mijn stage?” En ik krijg weer een antwoord die ik niet verwacht. “Ja… ik was daar toen bij… met Korine… dat je ouders je broertje op jouw school willen plaatsen”. Dus helemaal niets complot, dit bedenkt ze dus echt gewoon zelf. Jeetje, wat een toestand. Ik leg uit dat er niets aan de hand is. En ga al snel door op een ander onderwerp. “Hoe weet jij eigenlijk van dat patroon”? Even kijken of er toch echt geen complot is…
“Haha, denk eens logisch na”, “Anne haar man gaat slecht. Goede studenten zitten allemaal bij Anne. Slechte studenten zitten bij Korine”. En dat is bewijs nummer 2 dat er geen complot is. En al snel staakte we het gesprek alweer. Verward en doodmoe ga ik slapen. Geen zin om nog iets op te ruimen, geen zin in wat dan ook we zien het morgen wel weer. Wat een lange dag was dit…
Er zijn nog geen reacties.